Programma 8 | Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Stedelijke Vernieuwing

• Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen)
• Ruimtelijke ordening
• Wonen en bouwen
• Beheer overige gebouwen en gronden

Nieuwe ontwikkeling
Omgevingsplan (OWO)
Onder de omgevingswet moet elke gemeente voor 2032 een gebiedsdekkend omgevingsplan opstellen. Dit omgevingsplan vervangt de bestemmingsplannen, een deel van de gemeentelijke verordeningen en de ‘bruidsschat’ (= de rijksregels die overgedragen zijn aan de gemeente). Binnen OWO werken we al meerdere jaren samen als voorbereiding op de invoering van de omgevingswet.

De ‘Begroting OWO omgevingswetkosten’ is opgesteld om inzicht te krijgen in de kosten die de komende jaren op ons af komen vanwege de werkzaamheden die moeten worden verricht vanwege de invoering van de Omgevingswet. Een belangrijk deel van de begroting is de transitiefase om te komen tot een gebiedsdekkend omgevingsplan, maar ook moeten processen verder ingericht worden en moet de kennis van de ambtenaren verder op pijl worden gebracht.

We hebben de intentie om samen te kiezen voor dezelfde structuur en opbouw van het omgevingsplan. Ook willen we een groot deel van de juridische regels hetzelfde laten zijn. De regels die in de huidige situatie te ver uit elkaar liggen blijven verschillend per gemeente. Dit geldt voor regels die op praktische of politieke bezwaren stuiten. De concept-regels worden voorgelegd aan en besproken in het gezamenlijk portefeuillehoudersoverleg omgevingswet. Het omgevingsplan wordt per gemeente uitgewerkt (inclusief kaartmateriaal en specifieke gebiedseigen regels) en voorgelegd aan de gemeenteraad.

Het is een intensieve samenwerking, waarvan periodieke evaluatie noodzakelijk is. Het omgevingsplan wordt opgesteld in delen. Na afronding van elk deel zorgt de opdrachtgever voor evaluatie van de samenwerking, de tijd (aantal uren en doorlooptijd), de kosten en de kwaliteit van het product.

Herontwikkeling Caparisterrein Wolvega
In samenwerking met Woningstichting Weststellingwerf willen wij het voormalig Caparis terrein in Wolvega herontwikkelen ten behoeve van de realisatie van 18 sociale huurwoningen. Een deel van deze woningen wordt levensloop geschikt gemaakt waardoor doorstroming ontstaat. De overige woningen zijn reguliere gezinswoningen. 
Deze ontwikkeling draagt bij aan de kwalitatieve en kwantitatieve opgave op het gebied van betaalbare woningen zoals opgenomen in de Meerjarenprestatieafspraken 2025-2028. Daarnaast sluit deze ontwikkeling aan bij de woonvisie en de woonzorgvisie en de regionale woondeal.

De totale stichtingskosten van de herontwikkeling van het terrein zijn geraamd op € 700.000. Deze kostenraming bestaat uit onder andere de kosten voor het bouw- en woonrijp maken van het terrein, opstellen bestemmingsplan inclusief onderzoeken, potentiële planschade en de inzet van het ambtelijk apparaat ten behoeve van het te nemen planologisch besluit (bestemmingswijziging). De kosten worden voor een deel gedekt vanuit de verkoopopbrengst van de woonkavels aan Woningstichting Weststellingwerf tegen de overeengekomen grondprijs voor sociale huurwoningen. Totaal levert dit een dekking van de kosten op ter hoogte van circa € 320.000, waardoor er een resultaat is van € 380.000.

Versnellen woningbouw
Wij willen een coördinator aantrekken om de woningbouwopgave in onze gemeente te versnellen. Hiervoor zijn flexpoolmiddelen van het Rijk en de provincie beschikbaar. Wel moeten we voldoen aan een aantal spelregels en voorwaarden. De inzet van een coördinator valt binnen de voorwaarden. Verder is cofinanciering één van de voorwaarden om voor deze financiële ondersteuning in aanmerking te komen. Onze eigen inzet (cofinanciering) is 25% van het totaalbedrag.

LBV/LBV+ regeling
Op dit moment voeren wij door landelijke ontwikkelingen extra werk uit op het gebied van ruimtelijke ordening. De landelijke ontwikkeling in dit geval zijn de LBV/LBV+ regelingen voor agrariërs die dicht bij natura 2000 gebied zitten. Veel van deze agrariërs zijn genoodzaakt te stoppen met de bedrijfsvoering. Voor deze bedrijven moet een andere functie komen of gebruik worden gemaakt van de ruimte-voor-ruimte regeling. Dit betekent in bijna alle gevallen een wijziging van het omgevingsplan.

Door de extra procedures komt er extra werk bovenop het reguliere werk. Het gaat op dit moment vooral om ruimte-voor-ruimte procedures. De agrarische bedrijven stoppen en krijgen er een of twee woningen voor terug. Niet meer in gebruik zijnde opstallen zoals stallen, schuren en hokken worden afgebroken. De agrarische bestemming wordt er vervolgens afgehaald zo dat er geen agrarische activiteiten meer uitgevoerd kunnen worden in de toekomst. Het geheel krijgt dan vervolgens een woonbestemming. Omdat er nu extra procedures zijn door de LBV/LBV+ regeling krijgen de betreffende gemeenten een financiële vergoeding voor het extra werk. Dit geld is bedoeld voor de gemeenten om extra capaciteit te regelen om de ruimtelijke procedures af te kunnen ronden. We ontvangen deze middelen via het gemeentefonds en dus als algemeen middel. We verwachten dat er ongeveer 8 bedrijven een planologische wijziging nodig hebben onder de LBV/LBV+ regeling. De meeste initiatieven zitten in het vooroverleg of hebben al een positief principebesluit gekregen van het college van B&W.