Jaarrekening - Balans per 31 december 2022

Balans per 31 december 2022

Terug naar navigatie - Balans per 31 december 2022
x € 1.000
Activa 31-12-2022 31-12-2021 Passiva 31-12-2022 31-12-2021
Vaste activa Vaste passiva
Immateriële Vaste Activa 1.109 1.206 Eigen vermogen 46.990 39.854
Materiële Vaste Activa 63.146 62.054 Voorzieningen 6.044 6.230
Financiële Vaste Activa 18.931 10.376 Vaste Schuld 45.197 48.542
Totaal Vaste activa 83.186 73.636 98.231 94.626
Vlottende activa Vlottende passiva
Voorraden 12.711 17.457 Vlottende schuld 6.827 4.285
Uitzettingen 7.392 8.622 Overlopende passiva 4.214 2.794
Liquide middelen 467 467
Overlopende activa 5.516 1.523
Totaal Vlottende activa 26.086 28.069 11.041 7.079
Totaal Activa 109.272 101.705 109.272 101.705

Uitgebreide balans activa

Terug naar navigatie - Uitgebreide balans activa
x € 1.000
Activa 31-12-2022 31-12-2021
Vaste Activa
Immateriële Vaste Activa
Kosten onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief 458 476
Bijdrage aan activa in eigendom van derden 651 730
Totaal Immateriële Vaste Activa 1.109 1.206
Materiële Vaste Activa
Economisch nut 40.212 39.654
Economisch nut, dekking door heffing 16.748 17.770
Maatschappelijk nut 6.186 4.630
Totaal Materiële Vaste Activa 63.146 62.054
Financiële Vaste Activa
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen 321 321
Leningen aan deelnemingen 17 17
RC-verhouding met het Rijk 17.710 9.143
Overige langlopende leningen 883 895
Totaal Financiële Vaste Activa 18.931 10.376
Totaal Vaste Activa 83.186 73.636
Vlottende Activa
Voorraden
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie woningen) 9.055 12.657
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie bedrijventerrein) 3.656 4.800
Gereed product en handelsgoederen 0 0
Totaal Voorraden 12.711 17.457
Uitzettingen
Vorderingen op openbare lichamen 6.777 5.062
Overige vorderingen 615 3.560
Totaal Uitzettingen 7.392 8.622
Liquide Middelen
Banken 467 467
Totaal Liquide Middelen 467 467
Overlopende Activa
Overige overlopende activa 5.516 1.523
Totaal Overlopende Activa 5.516 1.523
Totaal Vlottende Activa 26.086 28.069
Totaal Activa 109.272 101.705
Verschuldigde VPB nihil nihil

Uitgebreide balans passiva

Terug naar navigatie - Uitgebreide balans passiva
x € 1.000
Passiva 31-12-2022 31-12-2021
Vaste Passiva
Eigen vermogen
Algemene reserve 15.609 19.240
Bestemmingsreserves 23.352 15.596
Saldo van rekening 8.029 5.018
Totaal Eigen vermogen 46.990 39.854
Voorzieningen
Voorzieningen 6.044 6.230
Totaal Voorzieningen 6.044 6.230
Vaste Schuld
Onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen 45.197 48.542
Totaal Vaste Schuld 45.197 48.542
Totaal Vaste Passiva 98.231 94.626
Vlottende Passiva
Vlottende Schuld
Overige vlottende schulden 6.827 4.285
Totaal Vlottende Schuld 6.827 4.285
Overlopende Passiva
Overige overlopende passiva 4.214 2.794
Totaal Overlopende Passiva 4.214 2.794
Totaal Vlottende Passiva 11.041 7.079
Totaal Passiva 109.272 101.705
Niet uit de balans blijkende verplichtingen:
Gewaarborgde leningen en garantstellingen 30.646 34.673
Huur en leasecontracten 1.266 1.322
31.912 35.995

Grondslagen voor waardering en resultaat bepaling

Grondslagen voor waardering en resultaat bepaling

Terug naar navigatie - Grondslagen voor waardering en resultaat bepaling

Inleiding
De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad op d.d. 12 december 2016 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

Terug naar navigatie - Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
  • De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij desbetreffende post anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
  • De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
  • Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.
  • Eventuele schattingen en hiermee verbonden veronderstellingen zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en verschillende andere factoren die gegeven de omstandigheden als redelijk worden beschouwd. De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.
  • Met betrekking tot de verwerking van de algemene uitkering heeft de commissie BBV een stellige uitspraak gedaan. Deze uitspraak houdt in dat in de jaarrekening de algemene uitkering wordt opgenomen conform de in het jaar laatst gepubliceerde accresmededeling, die doorgaans is opgenomen in de septembercirculaire van het boekjaar.
  • Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen dan wel schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden en overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken.
  • Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenbegroting, te weten 4 jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld door reorganisaties) dient wel een verplichting opgenomen te worden.
  • Voor verlofsparen is een voorziening opgenomen.  Aangezien er bij verlofsparen sprake is van arbeidskosten gerelateerde verplichtingen die een niet voorspelbare opbouw en daarmee ook onvoorspelbare afbouw kennen, moet hier een voorziening voor gevormd te worden.
  • Wij waarderen de bedrijfscontinuïteit als essentieel voor het waarborgen van de continuïteit van onze dienstverlening aan de gemeenschap en het minimaliseren van de impact van noodsituaties op de gemeenschap. 

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

Immateriële vaste activa
Algemeen
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- dan wel de vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag (artikel 62 lid 2 BBV). Hierbij wordt de verkregen bijdrage als bate verantwoord.

Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief.

Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Bijdragen aan activa van derden worden, mits dit financieel haalbaar is, in één keer ten laste van de exploitatie gebracht en kunnen worden gedekt uit de algemene reserve, dan wel een daartoe bestemde reserve. Indien dit financieel niet haalbaar is, kunnen zij worden geactiveerd met een afschrijvingstermijn van 15 jaar. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met de afschrijvingen.

Materiële vaste activa
Algemeen
Activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak die aan de vervaardiging van het actief worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze kosten worden geactiveerd.

Investeringen met economisch nut 
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht.

Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren:

Gronden en terreinen n.v.t.
Woonruimten 20 - 40 jaar
Bedrijfsgebouwen 20 - 50 jaar
Vervoermiddelen 7 - 12 jaar
Machines, apparaten en installaties 5 - 15 jaar

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering, het inzamelen van huishoudelijk afval of andere alsook voor rechten die op grond van artikel 229 lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in deze categorie.

Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut
Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren:

Speelvoorzieningen 25 jaar
Reconstructie/aanleg wegen, fietspaden en voetpaden 25 jaar
Beschoeiing, tunnels, duikers, steigers en bushaltes 25 jaar
Openbare verlichting 20 jaar
Bruggen 10 - 25 jaar

Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen u/g en (overige) uitzettingen zijn - tenzij hierna anders vermeld - opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV's en BV's (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden.

Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of een BV.

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

Voorraden
Onderhanden werk, gronden in exploitatie
De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken) alsmede de rentekosten berekend zoals voorgeschreven in het BBV en de administratie- en beheerskosten.

Voor winstneming geldt de Percentage Of Completion (POC) methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden ingeschat. Indien aan de voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:

  1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat;
  2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht;
  3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Zolang daar geen sprake van is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

Gereed product
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich vooral voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. 

Uitzettingen met een rente typische looptijd korter dan één jaar
Vorderingen
De vorderingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen en overlopende posten
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De gehanteerde rekenrente is gebaseerd op de jaarlijks door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninklijkrelaties (BZK) gepubliceerde circulaire. 

Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente typische looptijd van één jaar of langer.

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Borg- en garantstellingen
Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

Overzicht van baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten

In alle gepresenteerde tabellen met de cijfers van de jaarrekening versus begroting staan kolommen met de namen actuele begroting en primitieve begroting. 
Met actuele begroting wordt bedoeld de begroting ná wijzigingen en met primitieve begroting wordt bedoeld de begroting zoals die oorspronkelijk is vastgesteld door de raad in november 2021.

Gemeentefonds
De basis voor de hoogte van de gemeentefondsuitkering is de laatste circulaire over 2022 die we in december hebben ontvangen. De omvang van het gemeentefonds op basis van de koppeling met de rijksuitgaven is voor het laatst bijgesteld in de septembercirculaire 2022. 
 

Vennootschapsbelasting (Vpb)
Met ingang van 1 januari 2016 is de Wet Vpb gewijzigd en zijn overheden belastingplichtig voor de Vpb. Deze wijziging betekent dat de gemeente vanaf 1 januari 2016 vennootschapsbelasting moet gaan betalen over de winst op bepaalde activiteiten. Deze winst moet bepaald worden op basis van fiscale waarderingsgrondslagen. Deze wijken op bepaalde punten af van de grondslagen uit het BBV. Fiscaal zullen resultaten dus afwijken van de resultaten in de jaarrekening. Dit betekent dat een afzonderlijke fiscale administratie gevoerd wordt om de waarde van de bezittingen, schulden en het resultaat te bepalen.

De koepelorganisaties en de Belastingdienst hebben zich verenigd in de Samenwerking Vennootschapsbelasting Lokale Overheden (SVLO) met als doel overeenstemming te bereiken met betrekking tot handreikingen voor de praktijk voor de fiscale waarderingsgrondslagen. Op basis van onze  berekeningen hebben wij een bedrag Vpb opgenomen in de jaarrekening 2022, zie het betreffende onderdeel bij de jaarstukken.

Resultaatbestemming
Alle mutaties in reserves zijn gedekt door een vóór 31 december van het jaar genomen raadsbesluit dan wel principebesluit van de raad om bepaalde (toekomstige) baten en/of lasten te muteren in een bepaalde reserve.

Toelichting op de activa

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

De vaste activa bestaan uit immateriële vaste activa, materiële vaste activa en financiële vast activa. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven.

x € 1.000
Vaste activa Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvestering Subsidie Afschrijving Boekwaarde 31-12-2022
Immateriële vaste activa 1.206 18 79 1.109
Materiële vaste activa 62.054 6.235 375 922 3.847 63.145
Financiële vaste activa 10.376 8.567 12 18.931
Totaal 73.636 14.802 405 922 3.926 83.185

Immateriële vaste activa

Terug naar navigatie - Immateriële vaste activa
x € 1.000
Immateriële vaste activa Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvestering Herschikking Afschrijving Boekwaarde 31-12-2022
Kosten van onderzoek en ontwikkeling 476 18 458
Activa in eigendom van derden 730 79 651
Totaal 1.206 - 18 - 79 1.109
Specificatie immateriële vaste activa Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvestering Herschikking Afschrijving Boekwaarde 31-12-2022
Kosten van onderzoek en ontwikkeling
Voorbereidingskosten aanpak Lycklamaweg 66 66
Voorbereidingskosten centrumontwikkeling Wolvega 392 392
Voorbereidingskosten voor grondexploitaties 18 18 -
Activa in eigendom van derden betreffen:
Een bijdrage voor nieuwbouw dorpsaccommodatie De Hoeve in 2012 60 10 50
Een bijdrage voor de onderdoorgang Om den Noort 613 62 551
Een bijdrage voor bouwkundige aanpassingen Griffioenpark 3 57 7 50
1.206 0 18 0 79 1.109

Materiële vaste activa

Terug naar navigatie - Materiële vaste activa

De materiële activa worden onderverdeeld in economisch nut, economisch nut met dekking door heffing en maatschappelijk nut.

Opmerking bij onderstaande tabel: Het totale bedrag voor subsidie van € 922.000 betreft grotendeels een subsidie op activumnummer "Vervanging riolering 2022". Dit omvat het subsidiebedrag van € 622.000. Restant betreft een 2-tal subsidies op 2 andere activa.

Het totale bedrag aan desinvestering van € 375.000 betreft omvat een 2-tal activa, namelijk voor Rottige Meente en Noordwolde fase 6.

x € 1.000
Materiële vaste activa Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvestering Subsidie Afschrijving Boekwaarde 31-12-2022
Economisch nut
Bedrijfsgebouwen 28.704 919 1.513 28.110
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 3.046 747 160 113 3.520
Overige machines 1.669 561 438 1.792
Overige materiele vaste activa 2.669 545 565 2.650
Vervoermiddelen 1.342 90 213 1.219
Gronden en terreinen 1.982 1.982
Woonruimten 241 844 140 6 939
Totaal Economisch nut 39.653 3.706 - 300 2.848 40.212
Economisch nut, dekking door heffing
Gronden en terreinen 60 60
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 17.618 126 622 517 16.606
Vervoersmiddelen 93 11 82
Totaal Economisch nut, dekking door heffing 17.771 126 - 622 528 16.748
Maatschappelijk nut
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 4.630 2.186 291 471 6.053
Overige materiele vaste activa 217 84 133
Totaal Maatschappelijk nut 4.630 2.403 375 - 471 6.186
Totaal 62.054 6.235 375 922 3.847 63.145

Financiële vaste activa

Terug naar navigatie - Financiële vaste activa
x € 1.000
Financiële vaste activa Boekwaarde 31-12-2021 Investeringen Desinvesteringen Aflossingen Boekwaarde 31-12-2022
Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen 321 321
Leningen aan deelnemingen 17 17
uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. 9.143 8.567 17.710
Overige langlopende leningen 895 12 883
Totaal 10.376 8.567 - 12 18.931

Kapitaalverstrekkingen

Terug naar navigatie - Kapitaalverstrekkingen
x € 1.000
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen 31-12-2022 31-12-2021
Deelneming Afvalsturing Friesland BV 55 55
Deelneming BNG 145 145
Kap.verstrekkingen Volkskredietbank 121 121
Totaal 321 321

Verstrekte leningen

Terug naar navigatie - Verstrekte leningen
x € 1.000
Verstrekte leningen Oorspr. Bedrag Begin looptijd Einde looptijd Boekwaarde 31-12-2021 Opname 2022 Aflossing 2022 Boekwaarde 31-12-2022 Aflossing totaal Rente 2022
A. Leningen aan Woningbouwcorporaties
-
Totaal leningen aan Woningbouwcorporaties - - - -
B. Overige langlopende geldleningen
Overgedr.hypotheken aan Comprix 1.532 2009 190 3 187 1.345 1
Hyp. geldleningen ambtenaren div. div. 704 9 695 22
Fiets-project ambtenaren div. div. 1 - 1
Totaal overige langlopende geldleningen 2.122 895 - 12 883 1.345 23
C. Renteloze leningen
- - -
Totaal renteloze leningen - - - - - -
Totaal verstrekte geldleningen 2.122 895 - 12 883 1.345 23
Voorzieningen
-
Totaal getroffen voorzieningen voor verstrekte geldleningen - - - -
Totaal bedrag balans 2.122 - - 895 12 883 1.345 23

Overige langlopende geldleningen
Het totaal op de balans van € 883.000 bestaat uit overige langlopende geldleningen. Hiervan komt het grootste aandeel toe aan de uitstaande leningen aan ambtenaren.

Hypotheken ambtenaren en overgedragen hypotheken Comprix
De portefeuille krimpt. Enerzijds door (vroegtijdige) aflossingen. Anderzijds mogen er geen nieuwe hypotheken meer aan werknemers worden verstrekt.

Fietsproject ambtenaren
Om het woon-werkverkeer per fiets te stimuleren biedt de overheid bedrijven en instellingen een fietsplan aan te bieden aan hun werknemers. Via het fietsplan is het voor werknemers mogelijk een fiets aan te schaffen met belastingvoordeel.

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

De vlottende activa bestaan uit voorraden, uitzettingen, liquide middelen en overlopende activa. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven.

x € 1.000
Vlottende activa 31-12-2022 31-12-2021
Voorraden 12.711 17.457
Uitzettingen 7.393 8.622
Liquide Middelen 468 467
Overlopende Activa 5.516 1.523
Totaal 26.088 28.069

Voorraden

Terug naar navigatie - Voorraden

De voorraden zijn afgenomen. Dit wordt nader toegelicht in de paragraaf Grondbeleid. Het verloop van de boekwaarden staat hieronder vermeld.

x € 1.000
Voorraden 31-12-2022 31-12-2021
Gereed product en handelsgoederen 0 0
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie bedrijventerrein) 3.656 4.800
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie woningen) 9.055 12.657
Totaal 12.711 17.457

Boekwaarden grondexploitaties

Terug naar navigatie - Boekwaarden grondexploitaties
x € 1000
Grondexploitaties boekwaarden (BW) Boekwaarde 31-12-2021 Verliesvoorziening cumulatief Winstuitname cumulatief Balanswaarde 31-12-2021 Investeringen 2022 Opbrengsten 2022 Boekwaarde 31-12-2022 Verliesvoorziening 2022 Winstuitneming 2022 Balanswaarde 31-12-2022
Woningbouwterreinen
Wolvega Lindewijk totaal 14.057 1.275 - 12.782 2.446 5.833 10.670 217 9.178
Noordwolde Locatie Renbaanschool - 254 - 129 - 125 67 93 - 280 28 - 123
Totaal 13.803 1.275 129 12.657 2.513 5.926 10.390 217 28 9.055
Bedrijventerreinen
Wolvega Noord West III 579 454 - 124 43 - 622 94 74
Wolvega Uitbreiding Schipsloot 4.227 717 - 3.510 151 723 3.655 - 219 3.157
Wolvega De Plantage 4.125 2.959 - 1.166 162 187 4.100 715 426
Totaal 8.930 4.130 - 4.800 356 910 8.376 589 - 3.656
Totaal 22.733 5.405 129 17.457 2.869 6.836 18.766 807 28 12.711

Toelichting boekwaarde grondexploitaties
In de tabel boekwaarden grondexploitaties hebben alle winstgevende grondexploitaties een negatieve waarde omdat er meer opbrengsten dan kosten zijn gemaakt of begroot. Afname van verliesvoorzieningen worden met een (-)min gepresenteerd.

Alle terreinen vallen onder de categorie Bouwgrond In Exploitatie(BIE) en vallen onder de activa als voorraad. Een BIE is een bouwgrond waarvan de exploitatie en begroting door de raad is vastgesteld. De maximale looptijd van een grondexploitatie is 10 jaar tenzij hiervan gemotiveerd wordt afgeweken en dit vastgesteld is door de raad. Bij een langere looptijd worden risico beperkende beheersmaatregelen toegepast zoals geen indexatie van opbrengsten na 10 jaar. Elk jaar wordt de grondexploitatie getoetst of het belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting.

Toelichting begrippen en rekenmethodes
Boekwaarde is het totaalbedrag van alle investeringen en opbrengsten uit het verleden. Balanswaarde is de gerealiseerde waarde inclusief de verliesvoorzieningen en winstuitnames. Verliesvoorzieningen worden jaarlijks geactualiseerd per grondexploitatie en berekend op basis van de netto contante waarde(NCW) van 2%. Winstnemingen worden jaarlijks berekend over de winstgevende grondexploitaties met de Percentage of Completion Methode (POC).
 
De woningbouwterreinen hebben per 31 december 2022 een boekwaarde van € 10.390.000, de bedrijventerreinen hebben een boekwaarde van € 8.376.000. Dit is exclusief winstnemingen en verliesvoorzieningen. In 2022 zijn de verliesvoorzieningen toegenomen met € 807.000 en is een winstuitname gedaan van € 28.000. 

Grondexploitaties prognose

Terug naar navigatie - Grondexploitaties prognose
x € 1.000
Grondexploitaties per 31-12-2022 Resterende looptijd in jaren Boekwaarde 31-12-2022 Nog te maken kosten Nog te ontvangen opbrengsten Eindwaarde nominaal (einde looptijd) Eindwaarde NCW 2,00% Verlies- voorziening totaal Winst- uitname totaal
Woningbouwterreinen
Wolvega Lindewijk 8 10.670 16.404 25.326 1.748 1.492 1.492
Noordwolde Renbaanschool 2 - 280 244 245 - 281 - 270 157
totaal 10.390 16.648 25.571 1.468 1.222 1.492 157
Bedrijventerreinen
Wolvega Noord West III 3 622 245 285 581 548 548
Wolvega Uitbreiding Schipsloot 8 3.655 1.207 4.279 583 498 498
Wolvega De Plantage 7 4.100 2.321 2.200 4.220 3.674 3.674
totaal 8.376 3.773 6.764 5.385 4.720 4.719 -
Totaal 18.766 20.421 32.334 6.852 5.942 6.212 157

Toelichting grondexploitatie prognose
In de tabel grondexploitaties hebben alle winstgevende grondexploitaties een negatieve waarde omdat er meer opbrengsten dan kosten zijn gemaakt of begroot. 

  • Boekwaarde is het totaalbedrag van alle investeringen en opbrengsten uit het verleden.
  • Eindwaarde einde looptijd geeft het te verwachten toekomstige eindresultaat aan van een grondexploitatie.
  • De Netto Contante Waarde (NCW) geeft de waarde van het toekomstige eindresultaat aan teruggerekend naar de waarde per einde boekjaar rekening houdend met het rentepercentage.
  • Het NCW percentage van 2,00% is een vastgesteld tarief door de belastingdienst voor de verliesvoorziening.

Uitzettingen < 1 jaar

Terug naar navigatie - Uitzettingen < 1 jaar
x € 1.000
Uitzettingen < 1 jaar 31-12-2022 31-12-2021
Vorderingen op openbare lichamen 6.777 5.062
Overige vorderingen 615 3.560
Totaal 7.392 8.622
x € 1.000
Specificatie overige vorderingen 31-12-2022 31-12-2021
Debiteuren algemeen 289 670
Debiteuren belastingen 312 2.802
Voorziening dubieuze debiteuren - 218 - 153
Debiteuren administratief 66 88
Debiteuren VS Bijstandszaken - 80 - 74
Debiteuren WWB 631 756
Voorziening oninbaarheid WWB - 441 - 529
Kapitaalsverstrekking BBZ 56 -
615 3.560

Toelichting op uitzettingen < 1 jaar

De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Het grootste verschil ten opzichte van 2021 is de post debiteuren belastingen. In 2021 is er een bedrag opgenomen van een vordering ter hoogte € 2.300.000 aan precario. Voor 2022 was dit niet aan de orde. Dit verklaart het grote verschil.

Op het bedrag voor overige vorderingen zijn voor oninbaarheid de volgende voorzieningen in mindering gebracht:

Voorziening oninbaarheid belastingen en overige vorderingen
De voorziening voor oninbaarheid is bedoeld om de risico's van oninbaarheid van zowel de gemeentelijke belastingen als overige vorderingen (niet WWB) op te vangen. De methode om de voorziening te bepalen is opgenomen in de financiële verordening, art 10. Hierin staat dat vorderingen van de gemeente individueel worden beoordeeld op oninbaarheid. Maar voor de gemeentelijke aanslagen, heffingen en bijstandsverstrekkingen wordt een voorziening getroffen op basis van het historisch percentage van oninbaarheid. In 2022 is er € 24.145 afgeboekt, door onttrekking. De stand van de voorziening is op peil gebracht tot een waarde op 31-12-2022 van € 218.408.

Voorziening oninbaarheid WWB (Wet Werk en Bijstand)
De voorziening is bedoeld om de risico's van oninbaarheid van openstaande vorderingen WWB op te vangen. De hoogte van de voorziening wordt bepaald op 70% van het op dat moment openstaande saldo aan vorderingen. Dit is conform onze financiële verordening 2017 ex. art. 212 Gemeentewet. In 2022 is voor deze voorziening een vrijval geweest. De stand van de voorziening is op 31-12-2021 afgerond € 441.000.

Liquide middelen

Terug naar navigatie - Liquide middelen

De kasgeldlimiet wordt nader toegelicht in de Paragraaf Financiering.

x € 1.000
Liquide middelen 31-12-2022 31-12-2021
Banken 467 467
467 467

Overlopende activa

Terug naar navigatie - Overlopende activa

Onderstaand overzicht, overlopende activa, laat zien dat deze fors is toegenomen ten opzichte van 2021. Dit heeft te maken dat voor de vooruitbetaalde kosten een bedrag is opgenomen van € 3.799.000 en in 2021 nihil. Het bedrag van de vooruitbetaalde kosten 2022 omvat voor een bedrag van ongeveer € 2.760.000 een factuur van de Veiligheidsregio welke als crediteur in 2022 is opgenomen maar betrekking heeft op 2023 en daarmee dus als vooruit ontvangen factuur is opgenomen. Daarnaast zijn er nog een aantal facturen als vooruitbetaald opgenomen zoals de gemeentelijke bijdrage voor een totaal bedrag van ruim € 600.000. 

x € 1.000
Overlopende activa 31-12-2022 31-12-2021
Nog te ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel 209 605
Overige overlopende activa 5.307 918
Totaal 5.516 1.523
x € 1.000
Betreft: 31-12-2022 31-12-2021
Afrekening BZF Tozo (met het Rijk) 209 605
Nog te ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel 209 605
Vooruitbetaalde kosten/voortuitontvangen facturen 3.799 0
Nog te ontvangen bedragen 884 841
Nog te verrekenen voorschotten in afwachting toekenning uitkering 9 9
Voorschotkassen AD 4 4
Overige overlopende activa 1 32
Tussenrekening AV Friso /SD 19 32
Nog te ontvangen doeluitkeringen 591 0
Overige overlopende activa 5.307 918

Toelichting nog te ontvangen doeluitkeringen

Terug naar navigatie - Toelichting nog te ontvangen doeluitkeringen

Opvang Ontheemden Oekraïne
Voor de noodopvang Oekraïne zijn meer kosten gemaakt dan begroot, nadeel € 250.000. Het betreft hier een aanvulling op de stelpost van € 1.000.000 die we bij de voorjaarsnota en de najaarsnota hebben opgenomen. Hier vallen diverse kosten onder. Te denken valt aan huisvestingskosten, zorgkosten, beveiligingskosten, leefgeld. De situatie rond de oorlog in Oekraïne en de daarmee samenhangende opgave voor gemeenten om gevluchte Oekraïners te huisvesten is aan verandering onderhevig. Vanwege de urgentie van de opvang zijn de eerste uitgaven via een versnelde procedure gedaan. Wij gaan er vanuit dat de kosten die zijn gemaakt voor de opvang van vluchtelingen worden vergoed door het Rijk. 

Regiodeal ZOF
De Regiodeal omvat in totaal een bedrag van € 30 miljoen. Daarvan wordt € 15 miljoen door het Rijk geïnvesteerd en de regio staat garant voor € 15 miljoen cofinanciering. Wij hebben, per abuis, in 2022 nog geen gelden van de Rijksbijdrage ontvangen voor de projecten Bestemming Wolvega of de Zuidelijke Poort (Driewegsluis). Het regioteam heeft in 2022 wel akkoord gegeven op deze projecten. Daadwerkelijke uitbetaling staat nu gepland voor begin 2023. Voor beide projecten hebben we uitgaven gedaan. Voor de quick wins Zuidelijke Poort ontvangen we een bijdrage van € 261.000. Voor de uitgaven in 2022 van Bestemming Wolvega ontvangen we € 80.000. De resterende middelen voor Bestemming Wolvega volgen in 2023. Zie ook paragraaf Regiodeal ZOF.

Toelichting op de passiva

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

De vaste passiva bestaan uit eigen vermogen, voorzieningen en vaste schuld. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven.

x € 1.000
Vaste passiva 31-12-2022 31-12-2021
Eigen Vermogen 46.990 39.853
Voorzieningen 6.044 6.230
Vaste Schuld 45.197 48.542
Totaal 98.231 94.625

Eigen vermogen

Terug naar navigatie - Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit het saldo van de rekening en de reserves.

x € 1.000
Saldo van de rekening 31-12-2022 31-12-2021
Saldo van rekening 8.029 5.018
Totaal 8.029 5.018
Het saldo wordt nader toegelicht in "Jaarrekening op hoofdlijnen".

Reserves

Terug naar navigatie - Reserves
x € 1.000
Reserves Saldo 31-12-2021 Stortingen Onttrekkingen Saldo 31-12-2022
Algemene Reserve 19.240 5.018 8.649 15.609
Totaal Algemene Reserve 19.240 5.018 8.649 15.609
Bestemmingsreserves
Reserve afvalstoffenverwijdering 311 145 456
Reserve vervanging/onderhoud riolering 1.572 124 1.696
Reserve investeringsambities 6.460 6.748 981 12.226
Reserve energietransitie 320 27 19 328
Dekkingsreserve kap.lasten herinrichting de Blesse 4.183 400 4.582
Dekkingsreserve kap.lasten Centrum Wolvega 2.749 2.749
Dekkingsreserve kap.lasten project Driewegsluis - 1.315 1.315
Totaal Bestemmingsreserves 15.596 8.759 1.000 23.352
Totaal 34.835 13.777 9.649 38.960

Toelichting op reserves

ALGEMENE RESERVE

Algemene reserve
Het rekeningresultaat 2021 van € 5,0 miljoen is in de algemene reserve gestort. De onttrekking van in totaal € 8,6 miljoen bestaat uit de onttrekking van incidentele uitgaven van de budgetten die bij de jaarrekening 2021 zijn overgegaan naar het begrotingsjaar 2022 (€ 1,5 miljoen). Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de middelen voor de implementatie omgevingswet, de Dior en de overheveling van het restant coronagelden 2021. Tot slot zijn de middelen voor het collegeprogramma 2022-2026 onttrokken (€ 7,1 miljoen).

BESTEMMINGSRESERVES

Reserve afvalstoffenverwijdering
Het uitgangspunt is dat de kosten van afvalinzameling en -verwerking voor 100% worden opgevangen uit de opbrengst afvalstoffenheffing. De werkelijke kostendekkendheid (105%) is hoger dan de begrootte kostendekkendheid (96%). De opbrengsten liggen iets hoger en met name de kosten zijn lager dan vooraf verwacht. Het bedrag dat wordt toegevoegd aan de reserve is € 145.000. De exploitatie afvalstoffenverwijdering wordt in programma 7 en de paragraaf lokale heffingen nader toegelicht.

Reserve vervanging/onderhoud riolering
Net als bij de afvalstoffenheffing geldt bij riolering het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid. De werkelijke kostendekkendheid (106%) van het taakveld riolering is hoger dan vooraf begroot (96%). Dit betekent dat er een bedrag van € 124.000 toegevoegd is aan de reserve. In de analyse op de cijfers van programma 7 en de paragraaf lokale heffingen lichten we de exploitatie riolering nader toe.

Reserve investeringsambities
Bij de vaststelling van de jaarstukken 2017 is de bestemmingsreserve investeringsambities in het leven geroepen. Inmiddels zijn de nodige investeringen vanuit het dynamische investeringsprogramma gestart en hebben we bij het collegeprogramma 2022-2026 middelen voor nieuwe investeringen toegevoegd. We voegden in 2022 een totaalbedrag van ruim € 6,7 miljoen toe aan de reserve investeringsambities voor nieuwe investeringen. We onttrokken aan deze reserve een bedrag van € 956.000 (investering + rentelasten) voor de recreatieve ontwikkeling locatie Driewegsluis en de organisatiekosten 2022 (€ 25.000) van de Regiodeal Zuidoost Friesland.

Reserve energietransitie
Bij de Voorjaarsnota 2019 is de bestemmingsreserve energietransitie ingesteld, zodat we het klimaat- en duurzaamheidsbeleid in Weststellingwerf verder invulling kunnen geven. De structurele voeding van de reserve bestaat uit de jaarlijkse huuropbrengsten van de twee zonneparken in onze gemeente, voor 2022 € 27.000. Daarnaast stelde de gemeenteraad in 2022 vanuit de Bestemmingsreserve Energietransitie Weststellingwerf éénmalig € 75.000 beschikbaar. Doel was om hiermee initiatieven uit de gemeenschap financieel te ondersteunen. Het merendeel van deze initiatieven kon echter worden bekostigd uit het door het Rijk beschikbaar gestelde incidenteel geld. Daardoor is de werkelijke onttrekking uit de reserve € 19.000.

Dekkingsreserve kapitaallasten herinrichting de Blesse
Deze reserve is in de loop van 2021 door de raad ingesteld voor de dekking van de kapitaallasten van de herinrichting de Blesse. De reserve is gevoed vanuit de bestemmingsreserve investeringsambities. In 2022 is er bij de najaarsnota een bedrag van € 400.000 gestort vanwege indexatie. In 2022 was er geen onttrekking nodig. Op het moment dat we het project afsluiten, gaan de kapitaallasten op de exploitatie drukken. Deze lasten worden gedekt door een onttrekking aan deze bestemmingsreserve. 

Dekkingsreserve kapitaallasten Centrum Wolvega
Deze reserve is in de loop van 2021 door de raad ingesteld voor de dekking van de kapitaallasten van het project Centrum Wolvega. De reserve is gevoed vanuit de bestemmingsreserve investeringsambities. In 2022 was er geen onttrekking nodig. Op het moment dat we het project afsluiten, gaan de kapitaallasten op de exploitatie drukken. Deze lasten worden gedekt door een onttrekking aan deze bestemmingsreserve. 

Dekkingsreserve kapitaallasten project Driewegsluis
Deze reserve is in de loop van 2022 door de raad ingesteld voor de dekking van de kapitaallasten van het project Driewegsluis. De reserve is gevoed vanuit de bestemmingsreserve investeringsambities. Daarnaast is er via het collegeprogramma een bedrag van € 358.500 extra gestort in deze reserve vanwege indexatie. In 2022 was er geen onttrekking nodig. Op het moment dat we het project afsluiten, gaan de kapitaallasten op de exploitatie drukken. Deze lasten worden gedekt door een onttrekking aan deze bestemmingsreserve. 

Structurele mutaties
De voorschriften vragen om een overzicht van alle structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. Dit om beter inzicht te krijgen in het structureel en reëel evenwicht. Alle mutaties binnen onze reserves zijn van incidentele aard, met uitzondering van de toevoeging van de huuropbrengsten zonneparken aan de bestemmingsreserve energietransitie.

+ = storting - = onttrekking x 1.000
Structurele reservemutaties
Stortingen Onttrekkingen
Bestemmingsreserves
Reserve energietransitie 27
Totaal structurele reservemutaties 27

Voorzieningen

Terug naar navigatie - Voorzieningen
x € 1.000
Voorzieningen Saldo 31-12-2021 Stortingen Aanwen- dingen Vrijval Saldo 31-12-2022
Voorziening Nalatenschap Dames Hofstee 151 151
Voorziening Verlofsparen 163 163
Voorziening Uitkering Pensioenen Gewezen Wethouders 2.485 633 164 143 2.812
Voorziening Opbouw Pensioenen Gewezen Wethouders 2.967 692 2.275
Voorziening Ontslaguitkeringen Wethouders 33 109 61 81
Voorziening afkoopsom onderhoud graven 594 36 68 562
Totaal 6.230 941 225 903 6.044

Toelichting op voorzieningen

Voorziening nalatenschap dames Hofstee
Deze voorziening is gevormd uit een legaat met als verplichting dat de rente-opbrengsten ten gunste komen van de Triade. Jaarlijks bepalen we bij het opstellen van de begroting wat de rente is en dat rentebedrag wordt op verzoek uitbetaald aan Triade. De stand van de voorziening blijft € 150.655.

Voorziening verlofsparen
In de cao 2022 is de invoering van spaarverlof opgenomen. Medewerkers kunnen bovenwettelijke verlof, overwerkvergoeding, gekochte bovenwettelijke uren, verlofuren uit onregelmatig werken en beschikbaarheidsdienst omzetten in spaarverlof. Voor dit spaarverlof, zoals dit vanaf 2022 van toepassing is, moet voor de verplichting een voorziening worden opgenomen. In 2022 is een bedrag van € 163.000 in deze voorziening gestort.

Algemene informatie over pensioenen wethouders
Het pensioen voor wethouders is geregeld in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa). Ook bewindspersonen, leden van de Tweede Kamer, gedeputeerden en leden van het dagelijks bestuur van een waterschap (behalve de dijkgraaf) bouwen op grond van die wet pensioen op. De Appa-pensioenpremie wordt op het salaris van de wethouder ingehouden. Deze wordt gestort in de kas van de gemeente in plaats van bij een pensioenfonds. Gemeenten hebben op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) de taak om hiervoor een voorziening te vormen. Daarmee is zichtbaar voor welk bedrag oud- en zittende wethouders pensioen hebben opgebouwd. De gehanteerde rekenrente is gebaseerd op een jaarlijkse circulaire van het ministerie van BZK hierover.

Voorziening Uitkering Pensioenen Gewezen Wethouders
Oud-wethouders, die intussen met pensioen zijn, ontvangen uit deze voorziening hun pensioen. De hoogte van de voorziening wordt bepaald aan de hand van actuariële berekeningen. Ten opzichte van vorig jaar is de rekenrente verhoogd van 0,528% naar 2,472%. In de circulaire van BZK van 9 december 2022 is bepaald dat de ABP-pensioenen met ingang van 1 januari 2023 worden verhoogd met 11,96%. Dat betekent dat ook de Appapensioenen met ingang van 1 januari 2023 worden verhoogd met 11,96%. De indexatie is opgenomen in de waardeberekeningen.

Wij hebben de pensioenen van de gewezen wethouders in eigen beheer op een klein deel na. Deze konden destijds niet bij ons worden ondergebracht. Inmiddels kunnen wij de pensioenen volledig in eigen beheer nemen. Om die reden is de voorziening voor die resterende pensioenen overgenomen door ons. Daarvoor is een bedrag van € 633.000 toegevoegd aan de huidige voorziening.

In 2022 is uit de voorziening € 164.000 aan pensioenen uitgekeerd. Door de aanpassing van de rekenrente en de indexatie van de pensioenen verandert het benodigde saldo in deze voorziening. Op basis van de actuariële berekeningen valt er in 2022 € 143.000 vrij. De voorziening komt hiermee eind 2022 uit op € 2.812.000.

Voorziening Opbouw Pensioenen Gewezen Wethouders
Voor onze huidige wethouders en oud-wethouders die op dit moment nog niet met pensioen zijn, moeten we een voorziening vormen die op termijn toereikend moet zijn om ieders pensioen te kunnen betalen. Voor de bepaling van de hoogte van deze voorziening moeten we gebruik maken van actuariële berekeningen. Hierbij is rekening gehouden met de  actuele rekenrenten en indexering van de pensioenen.. Ten opzichte van vorig jaar is de rekenrente verhoogd van 0,528% naar 2,472%. In de circulaire van BZK van 9 december 2022 is bepaald dat de ABP-pensioenen met ingang van 1 januari 2023 worden verhoogd met 11,96%. Dat betekent dat ook de Appapensioenen met ingang van 1 januari 2023 worden verhoogd met 11,96%. De indexatie is opgenomen in de waardeberekeningen. Op basis van de actuariële berekeningen valt er in 2022 € 692.000 vrij. De voorziening komt hiermee eind 2022 uit op € 2.275.000.

Voorziening Ontslaguitkeringen Wethouders
Wethouders, die niet hun volledige termijn afmaken, hebben recht op een ontslaguitkering. Dit wordt ook wel wachtgeld genoemd. Een voormalig wethouder heeft recht op een volledige uitkering tot het moment dat hij of zij een nieuwe baan heeft gevonden of een aanvullende uitkering als het salaris in de nieuwe baan lager is. In 2022 is er € 61.000 aan (aanvullende) ontslaguitkeringen betaald. Bij de najaarsnota hielden we rekening met een storting in de voorziening van € 255.000. Aan het einde van het jaar bleek dat de voorziening maar beperkt aangevuld moest worden met € 109.000. De voorziening komt hiermee eind 2022 uit op € 81.000.

Voorziening afkoopsom onderhoud graven
Deze voorziening is bedoeld om het onderhoud van graven te kunnen betalen. De storting is de afkoopsom, die nabestaanden hebben betaald voor het onderhoud van graven in toekomstige jaren. De vrijval betreft de bijdrage aan de exploitatie 2022 om dit onderhoud te kunnen betalen.

Vaste schuld

Terug naar navigatie - Vaste schuld

Onze vaste schuld met rentetypische looptijd groter dan 1 jaar bestaat uit drie geldleningen.

x € 1.000
Vaste schulden > 1 jaar Oorspr. Bedrag Rente % Einde looptijd Boekwaarde 31-12-2021 Opname 2022 Aflossing 2022 Boekwaarde 31-12-2022 Aflossing totaal Rente 2022
Opgenomen leningen
201601 (BNG 347) 56.901 3,440% 2036 40.542 2.845 37.697 19.204 1.358
201602 (BNG 348) 4.000 1,940% 2037 4.000 4.000 - 78
200901 (ASN 291) 10.000 4,165% 2029 4.000 500 3.500 6.500 167
Totaal 70.901 48.542 - 3.345 45.197 25.704 1.603

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

De vlottende passiva bestaan uit netto-vlottende schulden met een looptijd korten dan 1 jaar en overlopende passiva. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven. De crediteuren algemeen zijn fors toegenomen ten opzichte van 2021. Dit heeft te maken dat voor 2022 een factuur van de Veiligheidsregio van ongeveer € 2.760.000 als crediteur in 2022 is opgenomen maar betrekking heeft op 2023. Deze factuur is eveneens als vooruitbetaald  opgenomen. 

x € 1.000
Vlottende passiva 31-12-2022 31-12-2021
Vlottende schuld 6.827 4.285
Overlopende passiva 4.214 2.794
Totaal 11.041 7.079
x € 1.000
Specificatie vlottende schuld 31-12-2022 31-12-2021
Crediteuren algemeen 3.982 945
Crediteuren belastingafdrachten 166 203
Crediteuren Werk en Inkomen 1.781 1.866
Crediteuren SD 460 879
Overig 438 392
6.827 4.285

Overlopende passiva

Terug naar navigatie - Overlopende passiva
x € 1.000
Overlopende passiva 31-12-2022 31-12-2021
Verplichtingen die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen 2.649 2.095
Ontvangen voorschotten voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van volgende begrotingsjaren 1.565 699
Totaal 4.214 2.794
x € 1.000
Betreft: 31-12-2022 31-12-2021
Transitorische rente 308 331
Diverse afdrachten december salarissen 1.582 1.441
Omzetbelasting 4e kwartaal 413 191
Nog te betalen kosten 238 0
Vooruit ontvangen bedragen 108 132
Ten onrechte betaald/ontvangen 0
Verplichtingen die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen 2.649 2.095
Vooruitontvangen doeluitkeringen 1.565 699
Overige voorschotten 0
Ontvangen voorschotten 1.565 699

Vooruit ontvangen doeluitkeringen

Terug naar navigatie - Vooruit ontvangen doeluitkeringen
x € 1.000
Vooruit ontvangen doeluitkeringen Code SISA 31-12-2021 Toevoegingen Uitgaven Vrijval 31-12-2022
Van het Rijk:
Onderwijsachterstandsbeleid (OAB) OCW D8 283 13 108 188
Nationaal Programma Onderwijs (NPO) OCW D14 88 212 61 239
Hulp gedupeerden toeslagenproblematiek FIN B2 17 4 13
Regeling reductie energieverbruik BZK C43 150 150 -
Sportakkoord VWS H8 39 37 2 74
Leefstijlinterventies VWS H8 45 45 -
Preventieakkkoord VWS H12 14 20 10 24
Wet Inburgering SWZ G10 164 164
Onderwijsroute SWZ G13 22 22
Aanpak Energie armoede C55 753 753
Van overige Nederlandse overheidslichamen: -
Manifest verkeersveiligheid 29 10 19
Rotan 2.0 20 20 -
Zwerfafval 55 55
Koepelproject streekagenda 14 14
Totaal 699 1.276 410 - 1.565

Toelichting op vooruit ontvangen doeluitkeringen

Onderwijsachterstandsbeleid (LOAB)
We hebben in 2019 een Rijksbijdrage voor de LOAB ontvangen van € 375.689, die wij voor meerdere jaren moeten inzetten. In 2022 is hiervan een deel gebruikt. Het saldo van de baten en lasten van deze rijksbijdrage is toegevoegd aan deze post en als zodanig gereserveerd voor latere jaren omdat het geoormerkte gelden zijn. 

Nationaal Programma Onderwijs (NPO)
Het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) heeft als doel om leerlingen te helpen die vertraging hebben opgelopen in hun leerontwikkeling. We hebben  in 2022 weer een deel van de bijdrage vooruit ontvangen. De uitgaven van 2022 zijn hiermee verrekend. Het nieuwe saldo is bestemd voor latere jaren.

Hulp gedupeerden toeslagenproblematiek
Op 18 januari 2021 heeft het kabinet aangekondigd dat (openstaande) schulden van gedupeerden van de toeslagenaffaire bij de Belastingdienst en andere publieke uitvoeringsorganisaties worden kwijtgescholden. Ook gemeenten zijn gevraagd openstaande vorderingen, die materieel betrekking hebben op de periode 2016 tot en met 31 december 2020, kwijt te schelden. Dit vooruitlopend op de inwerkingtreding van de beoogde Verzamelwet hersteloperatie toeslagen. In eerste instantie was de verwachting dat deze Verzamelwet op 1 januari 2022 in werking zou treden. Echter dat is vertraagd. In 2022 is hiervan € 4.000 uitgegeven.

Regeling reductie energieverbruik
De vooruit ontvangen bijdrage vanuit het rijk hebben wij in 2021 ontvangen en opgenomen op de balans. De uitvoering en verantwoording van de regeling reductie energieverbruik heeft in 2022 plaatsgevonden. 

Sportakkoord
Voor de uitvoering van de regeling lokaal Sportakkoord hebben we opnieuw middelen ontvangen van het Rijk. Het Nationaal Sportakkoord 'Sport verenigt Nederland' is sinds eind 2018 in uitvoering en loopt tot en met 2022. Het doel van het akkoord is dat iedereen in Nederland nu en in de toekomst zonder belemmeringen in een veilige en gezonde omgeving plezier in sport en bewegen kan hebben. We hebben toestemming om het restant in 2023 te besteden.

Leefstijlinterventies
De bestrijding van het coronavirus vraagt veel van mensen. Er zijn stevige maatregelen genomen die een grote impact hadden en hebben op het sociaal en mentaal welzijn van mensen in alle lagen van de bevolking. Dat geldt in het bijzonder voor mensen die al kwetsbaar waren. Het is van belang om de gevolgen van deze maatregelen te dempen en structurele schade zo veel als mogelijk te voorkomen. Daarvoor ontvingen we vanuit het Rijk incidentele middelen voor sportstimulering en het inzetten van gezonde leefstijlinterventies.  Het bedrag is in 2022 ingezet voor de pilot Volwassenenfonds.

Nationaal preventieakkoord
We doen mee aan het lokaal preventieakkoord van het Nationaal Preventieakkoord. Het betreft een jaarlijkse Rijksbijdrage van € 20.000 van 2021 tot en met 2023. Met deze middelen gaat de gemeente preventief inzetten op het terugdringen van roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik in samenwerking met lokale partners. De rijksvergoeding hiervoor is onderdeel van het gemeentefonds. Het restant van 2022 is toegevoegd aan de balans.

Wet inburgering 
Per 1 januari is de nieuwe Wet inburgering van kracht. Voor de uitvoering hiervan hebben we een SPUK uitkering van het Rijk gekregen. Hier zijn in 2022 nog geen uitgaven voor geweest.

Onderwijsroute
De onderwijsroute inburgering is een route vooral voor jongeren. Zij leren de Nederlandse taal op niveau B1 of hoger. Ook worden zij dan voorbereid op het volgen van een mbo-, hbo- of universitaire opleiding. Er is door het Rijk een eenmalige specifieke uitkering verstrekt voor het realiseren van aanbod voor de onderwijsroute en voor voorzieningen die voor de doelgroep worden getroffen.

Aanpak energiearmoede
In 2022 heeft de gemeente in twee delen een specifieke uitkering ontvangen voor aanpak energiearmoede (€753.000). Tot en met 31 december 2024 heeft de gemeente de tijd om deze middelen uit te geven. Met deze SPUK middelen kunnen gemeenten huishoudens ondersteunen met het nemen van kleine en grote energiebesparende maatregelen. Hierbij is het mogelijk aan te sluiten bij een bestaande aanpak. Deze aanpak kan variëren van kleine maatregelen, zoals energiedisplays en radiatorfolie, tot aan een bijdrage aan grotere isolatiemaatregelen zoals vloer- en spouwmuurisolatie. Het doel van deze maatregelen is directe verlaging van het energieverbruik of de energierekening.

Manifest verkeersveiligheid
Voor de jaren 2021-2025 is een bedrag van € 26.000 (samengevoegd met restant 2020) ontvangen om te besteden aan projecten ten gunste van de verkeersveiligheid. In 2022 hebben we € 10.000 uitgegeven. 

Rotan 2.0
In 2022 is project Rotan 2.0 afgerond. 

Zwerfafval
In 2022 heeft de gemeente een vergoeding ontvangen voor zwerfafvalprojecten. Met deze middelen zet de gemeente in op het bewustzijn van zwerfafval. De verantwoording en afronding van de projecten vindt in 2023 plaats.

Koepelproject streekagenda
In 2019 is een bijdrage ontvangen voor het koepelproject streekagenda. De uitvoering van het project is niet afgerond. De vooruit ontvangen bijdrage blijft op de balans staan.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Terug naar navigatie - Niet uit de balans blijkende verplichtingen

De gemeente is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen.

x € 1.000
Niet uit de balans blijkende verplichtingen 31-12-2022 31-12-2021
Huur - en leasecontracten 1.266 1.322
Gewaarborgde geldleningen 100% garantstelling 2.563 2.833
Gewaarborgde geldleningen 50% garantstelling 28.083 31.840
Totaal 31.912 35.995

Toelichting op niet uit de balans blijkende verplichtingen

Gewaarborgde geldleningen

Naast de vaste schulden (opgenomen geldleningen) staat de gemeente Weststellingwerf garant voor onderstaande leningen. Bij de indirect gegarandeerde leningen staat het Rijk voor 50% garant en de gemeente voor 50%. 

x € 1.000
Gegarandeerde geldleningen Waarborg 100% Geldnemer Datum laatste aflossing Rente % Oorspr Bedrag Restant lening 31-12-2021 Restant lening 31-12-2022
BNG
Verzelfstandiging Soolstede Stichting Alliade 19-06-2030 3,850 2.050 967 875
Verzelfstandiging Soolstede Stichting Alliade 23-10-2030 3,945 3.779 1.792 1.623
Rabobank v
F.C. Wolvega Stichting Sportpark Molenwiek 08-03-2033 6,600 125 74 65
Totaal 5.954 2.833 2.563
x € 1.000
Indirect gegarandeerde geldleningen* Waarborg 50% Geldnemer Datum laatste aflossing Rente % Oorspr Bedrag Restant lening 31-12-2021 Restant lening 31-12-2022
BNG
WSW 39527 Woningst. Weststellingwerf 12-09-2022 4,704 4.000 4.000 -
WSW 39758 Woningst. Weststellingwerf 21-12-2022 4,714 3.350 3.350 -
WSW 40191 Woningst. Weststellingwerf 13-06-2023 4,978 5.000 5.000 5.000
WSW 45632 Woningst. Weststellingwerf 07-02-2029 0,480 5.000 5.000 5.000
WSW 22252 Woningst. Weststellingwerf 01-05-2033 2,390 4.396 2.229 2.066
WSW 39488 Stichting WoonFriesland 01-06-2038 4,874 3.100 3.100 3.100
WSW 48515 Woningst. Weststellingwerf 15-02-2039 1,637 3.500 3.500 3.500
WSW 49950 Woningst. Weststellingwerf 01-12-2057 0,050 3.500 3.500 3.500
WSW 49948 Woningst. Weststellingwerf 16-12-2058 0,395 3.000 3.000 3.000
WSW 49474 Woningst. Weststellingwerf 20-05-2059 0,650 4.000 4.000 4.000
WSW 49473 Woningst. Weststellingwerf 20-05-2060 0,648 4.000 4.000 4.000
WSW 50676 Woningst. Weststellingwerf 19-07-2056 5.000 5.000 5.000
Ned. Waterschaps Bank
WSW 41770 Woningst. Weststellingwerf 29-01-2025 4,450 3.000 3.000 3.000
WSW 39219 Woningst. Weststellingwerf 21-06-2027 4,849 5.000 5.000 5.000
Aegon
WSW 49842 Stichting WoonFriesland 03-03-2070 0,260 10.000 10.000 10.000
Totaal 48.496 63.679 56.166
Hiervan 50% indirect gegarandeerd 31.840 28.083