Jaarrekening - Balans per 31 december 2023

Balans per 31 december 2023

Terug naar navigatie - Balans per 31 december 2023
x € 1.000
Activa 31-12-2023 31-12-2022 Passiva 31-12-2023 31-12-2022
Vaste activa Vaste passiva
Immateriële Vaste Activa 1.065 1.109 Eigen vermogen 52.540 46.990
Materiële Vaste Activa 67.844 63.146 Voorzieningen 6.204 6.044
Financiële Vaste Activa 22.144 18.931 Vaste Schuld 41.852 45.197
Totaal Vaste activa 91.053 83.186 100.596 98.231
Vlottende activa Vlottende passiva
Voorraden 12.207 12.711 Vlottende schuld 5.655 6.827
Uitzettingen 7.268 7.392 Overlopende passiva 7.366 4.214
Liquide middelen 336 467
Overlopende activa 2.753 5.516
Totaal Vlottende activa 22.564 26.086 13.021 11.041
Totaal Activa 113.617 109.272 113.617 109.272

Uitgebreide balans activa

Terug naar navigatie - Uitgebreide balans activa
x € 1.000
Activa 31-12-2023 31-12-2022
Vaste Activa
Immateriële Vaste Activa
Kosten onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief 380 458
Bijdrage aan activa in eigendom van derden 685 651
Totaal Immateriële Vaste Activa 1.065 1.109
Materiële Vaste Activa
Economisch nut 40.666 40.212
Economisch nut, dekking door heffing 16.666 16.748
Maatschappelijk nut 10.512 6.186
Totaal Materiële Vaste Activa 67.844 63.146
Financiële Vaste Activa
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen 321 321
Leningen aan deelnemingen 17 17
RC-verhouding met het Rijk 21.110 17.710
Overige langlopende leningen 696 883
Totaal Financiële Vaste Activa 22.144 18.931
Totaal Vaste Activa 91.053 83.186
Vlottende Activa
Voorraden
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie woningen) 8.771 9.055
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie bedrijventerrein) 3.436 3.656
Gereed product en handelsgoederen 0 0
Totaal Voorraden 12.207 12.711
Uitzettingen
Vorderingen op openbare lichamen 6.103 6.777
Overige vorderingen 1.165 615
Totaal Uitzettingen 7.268 7.392
Liquide Middelen
Banken 336 467
Totaal Liquide Middelen 336 467
Overlopende Activa
Overige overlopende activa 2.753 5.516
Totaal Overlopende Activa 2.753 5.516
Totaal Vlottende Activa 22.564 26.086
Totaal Activa 113.617 109.272
Verschuldigde VPB nihil nihil

Uitgebreide balans passiva

Terug naar navigatie - Uitgebreide balans passiva
x € 1.000
Passiva 31-12-2023 31-12-2022
Vaste Passiva
Eigen vermogen
Algemene reserve 8.342 15.609
Bestemmingsreserves 37.686 23.352
Saldo van rekening 6.512 8.029
Totaal Eigen vermogen 52.540 46.990
Voorzieningen
Voorzieningen 6.204 6.044
Totaal Voorzieningen 6.204 6.044
Vaste Schuld
Onderhandse leningen van binnenlandse banken en overige financiële instellingen 41.852 45.197
Totaal Vaste Schuld 41.852 45.197
Totaal Vaste Passiva 100.596 98.231
Vlottende Passiva
Vlottende Schuld
Overige vlottende schulden 5.655 6.827
Totaal Vlottende Schuld 5.655 6.827
Overlopende Passiva
Overige overlopende passiva 7.366 4.214
Totaal Overlopende Passiva 7.366 4.214
Totaal Vlottende Passiva 13.021 11.041
Totaal Passiva 113.617 109.272
Niet uit de balans blijkende verplichtingen:
Gewaarborgde leningen en garantstellingen 26.937 30.646
Huur en leasecontracten 1.651 1.266
28.588 31.912

Grondslagen voor waardering en resultaat bepaling

Grondslagen voor waardering en resultaat bepaling

Terug naar navigatie - Grondslagen voor waardering en resultaat bepaling

Inleiding
De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV), relevante wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen, opgenomen bepalingen, zoals opgenomen in het normenkader dat is vastgesteld door de raad op 16 oktober 2023 en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad op d.d. 18 december 2023 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

Terug naar navigatie - Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
  • De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij desbetreffende post anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
  • De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
  • Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.
  • Eventuele schattingen en hiermee verbonden veronderstellingen zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en verschillende andere factoren die gegeven de omstandigheden als redelijk worden beschouwd. De jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling. Dit betekent dat bij de waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat moet worden uitgegaan van de veronderstelling dat de activiteiten waarvoor deze dienen worden voortgezet.
  • Met betrekking tot de verwerking van de algemene uitkering heeft de commissie BBV een stellige uitspraak gedaan. Deze uitspraak houdt in dat in de jaarrekening de algemene uitkering wordt opgenomen conform de in het jaar laatst gepubliceerde accresmededeling, die doorgaans is opgenomen in de septembercirculaire van het boekjaar.
  • Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen dan wel schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden en overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken.
  • Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenbegroting, te weten 4 jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld door reorganisaties) dient wel een verplichting opgenomen te worden.
  • Voor verlofsparen is een voorziening opgenomen. Aangezien er bij verlofsparen sprake is van arbeidskosten gerelateerde verplichtingen die een niet voorspelbare opbouw en daarmee ook onvoorspelbare afbouw kennen, moet hier een voorziening voor gevormd te worden.
  • Voor Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) is een voorziening opgenomen. Bij de RVU nemen medewerkers ontslag en volgt er een (maandelijkse) ontslagvergoeding die de medewerker in staat stelt om te overbruggen tot aan de AOW-leeftijd. Aangezien de medewerker in die periode geen activiteiten/prestaties voor de gemeente verricht, moet een voorziening worden getroffen voor de financiële verplichting die de gemeente heeft tegenover de medewerker en de fiscus.
  • Wij waarderen de bedrijfscontinuïteit als essentieel voor het waarborgen van de continuïteit van onze dienstverlening aan de gemeenschap en het minimaliseren van de impact van noodsituaties op de gemeenschap. 

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

Immateriële vaste activa
Algemeen
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- dan wel de vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag (artikel 62 lid 2 BBV). Hierbij wordt de verkregen bijdrage als bate verantwoord.

Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief.

Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Bijdragen aan activa van derden worden, mits dit financieel haalbaar is, in één keer ten laste van de exploitatie gebracht en kunnen worden gedekt uit de algemene reserve, dan wel een daartoe bestemde reserve. Indien dit financieel niet haalbaar is, kunnen zij worden geactiveerd met een afschrijvingstermijn van 15 jaar. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met de afschrijvingen.

Materiële vaste activa
Algemeen
Activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak die aan de vervaardiging van het actief worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze kosten worden geactiveerd.

Investeringen met economisch nut 
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht.

Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren:

Gronden en terreinen n.v.t.
Woonruimten 20 - 40 jaar
Bedrijfsgebouwen 20 - 50 jaar
Vervoermiddelen 7 - 12 jaar
Machines, apparaten en installaties 5 - 15 jaar
Riolering 15-50 jaar

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering, het inzamelen van huishoudelijk afval of andere alsook voor rechten die op grond van artikel 229 lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in deze categorie.

Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut
Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven.

De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren:

Speelvoorzieningen 15 jaar
Reconstructie/aanleg wegen, fietspaden en voetpaden 25 jaar
Beschoeiing, tunnels, duikers, steigers en bushaltes 25 jaar
Openbare verlichting 20 jaar
Bruggen 10 - 25 jaar

Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen u/g en (overige) uitzettingen zijn - tenzij hierna anders vermeld - opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV's en BV's (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden.

Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of een BV.

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

Voorraden
Onderhanden werk, gronden in exploitatie
De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken) alsmede de rentekosten berekend zoals voorgeschreven in het BBV en de administratie- en beheerskosten.

Voor winstneming geldt de Percentage Of Completion (POC) methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden ingeschat. Indien aan de voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:

  1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat;
  2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht;
  3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Zolang daar geen sprake van is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

Gereed product
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich vooral voor indien voorraden incourant worden. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loon- en machinekosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. 

Uitzettingen met een rente typische looptijd korter dan één jaar
Vorderingen
De vorderingen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen en overlopende posten
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De gehanteerde rekenrente is gebaseerd op de jaarlijks door het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninklijkrelaties (BZK) gepubliceerde circulaire. 

Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente typische looptijd van één jaar of langer.

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Borg- en garantstellingen
Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

Overzicht van baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten

In alle gepresenteerde tabellen met de cijfers van de jaarrekening versus begroting staan kolommen met de namen actuele begroting en primitieve begroting. 
Met actuele begroting wordt bedoeld de begroting ná wijzigingen en met primitieve begroting wordt bedoeld de begroting zoals die oorspronkelijk is vastgesteld door de raad in november 2022.

Gemeentefonds
De basis voor de hoogte van de gemeentefondsuitkering is de laatste circulaire over 2023 die we in december hebben ontvangen. De omvang van het gemeentefonds op basis van de koppeling met de rijksuitgaven is voor het laatst bijgesteld in de septembercirculaire 2023. 
 

Vennootschapsbelasting (Vpb)
Met ingang van 1 januari 2016 is de Wet Vpb gewijzigd en zijn overheden belastingplichtig voor de Vpb. Deze wijziging betekent dat de gemeente vanaf 1 januari 2016 vennootschapsbelasting moet gaan betalen over de winst op bepaalde activiteiten. Deze winst moet bepaald worden op basis van fiscale waarderingsgrondslagen. Deze wijken op bepaalde punten af van de grondslagen uit het BBV. Fiscaal zullen resultaten dus afwijken van de resultaten in de jaarrekening. Dit betekent dat een afzonderlijke fiscale administratie gevoerd wordt om de waarde van de bezittingen, schulden en het resultaat te bepalen.

De koepelorganisaties en de Belastingdienst hebben zich verenigd in de Samenwerking Vennootschapsbelasting Lokale Overheden (SVLO) met als doel overeenstemming te bereiken met betrekking tot handreikingen voor de praktijk voor de fiscale waarderingsgrondslagen. Op basis van onze berekeningen hebben wij een bedrag Vpb opgenomen in de jaarrekening 2023, zie het betreffende onderdeel bij de jaarstukken.

Resultaatbestemming
Alle mutaties in reserves zijn gedekt door een vóór 31 december van het jaar genomen raadsbesluit dan wel principebesluit van de raad om bepaalde (toekomstige) baten en/of lasten te muteren in een bepaalde reserve.

Toelichting op de activa

Vaste activa

Terug naar navigatie - Vaste activa

De vaste activa bestaan uit immateriële vaste activa, materiële vaste activa en financiële vast activa. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven.

x € 1.000
Vaste activa Boekwaarde 31-12-2022 Investeringen Desinvestering Subsidie Afschrijving Boekwaarde 31-12-2023
Immateriële vaste activa 1.109 112 156 1.065
Materiële vaste activa 63.145 8.617 40 3.880 67.843
Financiële vaste activa 18.931 3.400 187 22.144
Totaal 83.185 12.129 187 40 4.036 91.052

Immateriële vaste activa

Terug naar navigatie - Immateriële vaste activa
x € 1.000
Immateriële vaste activa Boekwaarde 31-12-2022 Investeringen Desinvestering Herschikking Afschrijving Boekwaarde 31-12-2023
Kosten van onderzoek en ontwikkeling 458 78 380
Activa in eigendom van derden 651 112 78 685
Totaal 1.109 112 - - 156 1.065
Specificatie immateriële vaste activa Boekwaarde 31-12-2022 Investeringen Desinvestering Herschikking Afschrijving Boekwaarde 31-12-2023
Kosten van onderzoek en ontwikkeling
Voorbereidingskosten aanpak Lycklamaweg 66 66
Voorbereidingskosten centrumontwikkeling Wolvega 392 78 314
-
Activa in eigendom van derden betreffen:
Een bijdrage voor nieuwbouw dorpsaccommodatie De Hoeve in 2012 50 10 40
Een bijdrage voor de onderdoorgang Om den Noort 551 61 490
Een bijdrage voor bouwkundige aanpassingen Griffioenpark 3 50 7 43
Drinkvoorziening voor vee 0 112 112
1.109 112 0 0 156 1.065

Materiële vaste activa

Terug naar navigatie - Materiële vaste activa

De materiële activa worden onderverdeeld in economisch nut, economisch nut met dekking door heffing en maatschappelijk nut.

x € 1.000
Materiële vaste activa Boekwaarde 31-12-2022 Investeringen Desinvestering Subsidie Afschrijving Boekwaarde 31-12-2023
Economisch nut
Bedrijfsgebouwen 28.110 1.761 1.532 28.339
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 3.520 209 40 113 3.576
Overige machines 1.792 312 478 1.626
Overige materiele vaste activa 2.649 909 611 2.947
Vervoermiddelen 1.219 124 210 1.133
Gronden en terreinen 1.982 1.982
Woonruimten 939 130 6 1.063
Totaal Economisch nut 40.211 3.445 - 40 2.950 40.666
Economisch nut, dekking door heffing
Gronden en terreinen 60 60
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 16.606 446 519 16.534
Vervoersmiddelen 82 10 72
Totaal Economisch nut, dekking door heffing 16.748 446 - - 529 16.666
Maatschappelijk nut
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 6.054 4.247 401 9.900
Overige materiele vaste activa 133 479 612
Totaal Maatschappelijk nut 6.187 4.726 - - 401 10.512
Totaal 63.145 8.617 - 40 3.880 67.843

Financiële vaste activa

Terug naar navigatie - Financiële vaste activa
x € 1.000
Financiële vaste activa Boekwaarde 31-12-2022 Investeringen Desinvesteringen Aflossingen Boekwaarde 31-12-2023
Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen 321 321
Leningen aan deelnemingen 17 17
uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. 17.710 3.400 21.110
Overige langlopende leningen 883 187 696
Totaal 18.931 3.400 - 187 22.144

Kapitaalverstrekkingen

Terug naar navigatie - Kapitaalverstrekkingen
x € 1.000
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen 31-12-2023 31-12-2022
Deelneming Afvalsturing Friesland BV 55 55
Deelneming BNG 145 145
Kap.verstrekkingen Volkskredietbank 121 121
Totaal 321 321

Verstrekte leningen

Terug naar navigatie - Verstrekte leningen
x € 1.000
Verstrekte leningen Oorspr. Bedrag Begin looptijd Einde looptijd Boekwaarde 31-12-2022 Opname 2023 Aflossing 2023 Boekwaarde 31-12-2023 Aflossing totaal Rente 2023
A. Leningen aan Woningbouwcorporaties
-
Totaal leningen aan Woningbouwcorporaties - - - -
B. Overige langlopende geldleningen
Overgedr.hypotheken aan Comprix 1.532 2009 187 71 116 1.416 1
Hyp. geldleningen ambtenaren div. div. 695 115 580 21
Fiets-project ambtenaren div. div. 1 1 -
Totaal overige langlopende geldleningen 2.122 883 - 187 696 1.416 22
C. Renteloze leningen
- - -
Totaal renteloze leningen - - - - - -
Totaal verstrekte geldleningen 2.122 883 - 187 696 1.416 22
Voorzieningen
-
Totaal getroffen voorzieningen voor verstrekte geldleningen - - - -
Totaal bedrag balans 2.122 - - 883 187 696 1.416 22

Overige langlopende geldleningen
Het totaal op de balans van € 696.000 bestaat uit overige langlopende geldleningen. Hiervan komt het grootste aandeel toe aan de uitstaande leningen aan ambtenaren.

Hypotheken ambtenaren en overgedragen hypotheken Comprix
De portefeuille krimpt. Enerzijds door (vroegtijdige) aflossingen. Anderzijds mogen er geen nieuwe hypotheken meer aan werknemers worden verstrekt.

Fietsproject ambtenaren
Om het woon-werkverkeer per fiets te stimuleren biedt de overheid bedrijven en instellingen een fietsplan aan te bieden aan hun werknemers. Via het fietsplan is het voor werknemers mogelijk een fiets aan te schaffen met belastingvoordeel.

Vlottende activa

Terug naar navigatie - Vlottende activa

De vlottende activa bestaan uit voorraden, uitzettingen, liquide middelen en overlopende activa. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven.

x € 1.000
Vlottende activa 31-12-2023 31-12-2022
Voorraden 12.207 12.711
Uitzettingen 7.268 7.393
Liquide Middelen 336 468
Overlopende Activa 2.753 5.516
Totaal 22.564 26.088

Voorraden

Terug naar navigatie - Voorraden

De voorraden zijn afgenomen. Dit wordt nader toegelicht in de paragraaf Grondbeleid. Het verloop van de boekwaarden staat hieronder vermeld.

x € 1.000
Voorraden 31-12-2023 31-12-2022
Gereed product en handelsgoederen 0 0
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie bedrijventerrein) 3.436 3.656
Onderhanden werk (bouwgronden in exploitatie woningen) 8.771 9.055
Totaal 12.207 12.711

Boekwaarden grondexploitaties

Terug naar navigatie - Boekwaarden grondexploitaties
x € 1000
Grondexploitaties boekwaarden (BW) Boekwaarde 31-12-2022 Verliesvoorziening cumulatief Winstuitname cumulatief Balanswaarde 31-12-2022 Investeringen 2023 Opbrengsten 2023 Boekwaarde 31-12-2023 Verliesvoorziening 2023 Winstuitneming 2023 Balanswaarde 31-12-2023
Woningbouwterreinen
Wolvega Lindewijk totaal 10.670 1.492 - 9.178 1.034 1.106 10.599 134 8.973
Noordwolde Locatie Renbaanschool - 280 - 157 - 201 31 104 - 352 6 - 201
Totaal 10.390 1.492 157 9.055 1.066 1.210 10.246 140 - 8.771
Bedrijventerreinen
Wolvega Noord West III 622 548 - 74 33 285 369 37 - 216
Wolvega Uitbreiding Schipsloot 3.655 498 - 3.157 138 884 2.908 - 5 2.415
Wolvega De Plantage 4.100 3.674 - 426 696 4 4.792 - 118 1.236
Totaal 8.376 4.720 - 3.656 867 1.173 8.070 - 85 - 3.436
Totaal 18.766 6.212 157 12.711 1.933 2.383 18.316 54 - 12.207

Toelichting boekwaarde grondexploitaties
In de tabel boekwaarden grondexploitaties hebben alle winstgevende grondexploitaties een negatieve waarde omdat er meer opbrengsten dan kosten zijn gemaakt of begroot. Afname van verliesvoorzieningen worden met een (-)min gepresenteerd.

Alle terreinen vallen onder de categorie Bouwgrond In Exploitatie(BIE) en vallen onder de activa als voorraad. Een BIE is een bouwgrond waarvan de exploitatie en begroting door de raad is vastgesteld. De maximale looptijd van een grondexploitatie is 10 jaar tenzij hiervan gemotiveerd wordt afgeweken en dit vastgesteld is door de raad. Bij een langere looptijd worden risico beperkende beheersmaatregelen toegepast zoals geen indexatie van opbrengsten na 10 jaar. Elk jaar wordt de grondexploitatie getoetst of het belastingplichtig is voor de vennootschapsbelasting.

Toelichting begrippen en rekenmethodes
Boekwaarde is het totaalbedrag van alle investeringen en opbrengsten uit het verleden. Balanswaarde is de gerealiseerde waarde inclusief de verliesvoorzieningen en winstuitnames. Verliesvoorzieningen worden jaarlijks geactualiseerd per grondexploitatie en berekend op basis van de netto contante waarde(NCW) van 2%. Winstnemingen worden jaarlijks berekend over de winstgevende grondexploitaties met de Percentage of Completion Methode (POC).
 
De woningbouwterreinen hebben per 31 december 2023 een boekwaarde van € 10.246.000, de bedrijventerreinen hebben een boekwaarde van € 8.070.000. Dit is exclusief winstnemingen en verliesvoorzieningen. In 2023 zijn de verliesvoorzieningen in totaal toegenomen met € 54.000. 

Grondexploitaties prognose

Terug naar navigatie - Grondexploitaties prognose
x € 1.000
Grondexploitaties per 31-12-2023 Resterende looptijd in jaren Boekwaarde 31-12-2023 Nog te maken kosten Nog te ontvangen opbrengsten Eindwaarde nominaal (einde looptijd) Eindwaarde NCW 2,00% Verlies- voorziening totaal Winst- uitname totaal
Woningbouwterreinen
Wolvega Lindewijk 7 10.599 15.481 24.212 1.868 1.626 1.626
Noordwolde Renbaanschool 2 - 352 228 102 - 227 6 157
totaal 10.246 15.709 24.314 1.641 1.626 1.632 157
Bedrijventerreinen
Wolvega Noord West III 2 369 239 - 609 548 548
Wolvega Uitbreiding Schipsloot 7 2.908 1.095 3.437 566 498 498
Wolvega De Plantage 6 4.792 1.469 2.256 4.005 3.674 3.674
totaal 8.070 2.803 5.693 5.180 4.720 4.719 -
Totaal 18.316 18.512 30.007 6.821 6.346 6.351 157

Toelichting grondexploitatie prognose
In de tabel grondexploitaties hebben alle winstgevende grondexploitaties een negatieve waarde omdat er meer opbrengsten dan kosten zijn gemaakt of begroot. 

  • Boekwaarde is het totaalbedrag van alle investeringen en opbrengsten uit het verleden.
  • Eindwaarde einde looptijd geeft het te verwachten toekomstige eindresultaat aan van een grondexploitatie.
  • De Netto Contante Waarde (NCW) geeft de waarde van het toekomstige eindresultaat aan teruggerekend naar de waarde per einde boekjaar rekening houdend met het rentepercentage.
  • Het NCW percentage van 2,00% is een vastgesteld tarief door de belastingdienst voor de verliesvoorziening.

Uitzettingen < 1 jaar

Terug naar navigatie - Uitzettingen < 1 jaar
x € 1.000
Uitzettingen < 1 jaar 31-12-2023 31-12-2022
Vorderingen op openbare lichamen 6.103 6.777
Overige vorderingen 1.165 615
Totaal 7.268 7.392
x € 1.000
Specificatie overige vorderingen 31-12-2023 31-12-2022
Debiteuren algemeen 798 289
Debiteuren belastingen 235 312
Voorziening dubieuze debiteuren - 115 - 218
Debiteuren administratief 63 66
Debiteuren VS Bijstandszaken - 54 - 80
Debiteuren WWB 691 631
Voorziening oninbaarheid WWB - 483 - 441
Kapitaalsverstrekking BBZ 33 56
Overige - 3
1.165 615

Toelichting op uitzettingen < 1 jaar

De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.

Op het bedrag voor overige vorderingen zijn voor oninbaarheid de volgende voorzieningen in mindering gebracht:

Voorziening oninbaarheid belastingen en overige vorderingen
De voorziening voor oninbaarheid is bedoeld om de risico's van oninbaarheid van zowel de gemeentelijke belastingen als overige vorderingen (niet WWB) op te vangen. De methode om de voorziening te bepalen is opgenomen in de financiële verordening, art 15. Hierin staat dat vorderingen van de gemeente individueel worden beoordeeld op oninbaarheid. Maar voor de gemeentelijke aanslagen, heffingen en bijstandsverstrekkingen wordt een voorziening getroffen op basis van het historisch percentage van oninbaarheid. In 2023 is er € 91.000 afgeboekt, door onttrekking. De stand van de voorziening is verminderd tot een waarde op 31-12-2023 van € 115.000.

Voorziening oninbaarheid WWB (Wet Werk en Bijstand)
De voorziening is bedoeld om de risico's van oninbaarheid van openstaande vorderingen WWB op te vangen. De hoogte van de voorziening wordt bepaald op 70% van het op dat moment openstaande saldo aan vorderingen. In 2023 is voor deze voorziening een vrijval geweest. De stand van de voorziening is op 31-12-2023 afgerond € 483.000.

Liquide middelen

Terug naar navigatie - Liquide middelen

De kasgeldlimiet wordt nader toegelicht in de Paragraaf Financiering.

x € 1.000
Liquide middelen 31-12-2023 31-12-2022
Banken 336 467
336 467

Overlopende activa

Terug naar navigatie - Overlopende activa

Onderstaand overzicht, overlopende activa, laat zien dat deze fors is afgenomen ten opzichte van 2022. Het bedrag van de vooruitbetaalde kosten 2022 omvat voor een bedrag van ongeveer € 2.760.000 een factuur van de Veiligheidsregio welke als crediteur in 2022 is opgenomen maar betrekking had op 2023 en daarmee dus als vooruit ontvangen factuur was opgenomen.

x € 1.000
Overlopende activa 31-12-2023 31-12-2022
Nog te ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel 151 209
Overige overlopende activa 2.602 5.307
Totaal 2.753 5.516
x € 1.000
Betreft: 31-12-2023 31-12-2022
Afrekening BZF Tozo (met het Rijk) 151 209
Nog te ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel 151 209
Vooruitbetaalde kosten/voortuitontvangen facturen 1.199 3.799
Nog te ontvangen bedragen 1.276 884
Nog te verrekenen voorschotten in afwachting toekenning uitkering 0 9
Voorschotkassen AD 4 4
Overige overlopende activa 11 1
Tussenrekening AV Friso /SD 13 19
Nog te ontvangen doeluitkeringen 99 591
Overige overlopende activa 2.602 5.307

Nog te ontvangen doeluitkeringen

Terug naar navigatie - Nog te ontvangen doeluitkeringen
x € 1.000
Nog te ontvangen doeluitkeringen Code SISA 31-12-2022 Ontvangen Uitgaven 31-12-2023
Opvang Ontheemden Oekraïne JenV A16 250 250 0
Regiodeal Zuid Oost Friesland C55 341 341 0
Specifieke uitkering stimulering sport VWS H4 0 123 213 90
Gemeentelijke hulp gedupeerden toeslagenproblematiek FIN B2 0 23 32 9
591 737 245 99

Toelichting nog te ontvangen doeluitkeringen

Terug naar navigatie - Toelichting nog te ontvangen doeluitkeringen

Opvang Ontheemden Oekraïne
Het openstaande bedrag is in 2023 ontvangen. Zie nu ook de Vooruit ontvangen doeluitkeringen.

Regiodeal ZOF
Het openstaande bedrag is in 2023 ontvangen. Zie nu ook de Vooruit ontvangen doeluitkeringen.

Specifieke uitkering stimulering sport
Voor de sportuitgaven mag een gemeente geen btw aftrekken. Ter compensatie hiervoor is deze SPUK regeling in het leven geroepen. We verwachten op basis van de afrekening nog een extra bedrag.

 

Toelichting op de passiva

Vaste passiva

Terug naar navigatie - Vaste passiva

De vaste passiva bestaan uit eigen vermogen, voorzieningen en vaste schuld. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven.

x € 1.000
Vaste passiva 31-12-2023 31-12-2022
Eigen Vermogen 52.540 46.990
Voorzieningen 6.204 6.044
Vaste Schuld 41.852 45.197
Totaal 100.596 98.231

Eigen vermogen

Terug naar navigatie - Eigen vermogen

Het eigen vermogen bestaat uit het saldo van de rekening en de reserves.

x € 1.000
Saldo van de rekening 31-12-2023 31-12-2022
Saldo van rekening 6.512 8.029
Totaal 6.512 8.029
Het saldo wordt nader toegelicht in "Jaarrekening op hoofdlijnen".

Reserves

Terug naar navigatie - Reserves
x € 1.000
Reserves Saldo 31-12-2022 Resultaat 2022 Stortingen Onttrekkingen Saldo 31-12-2023
Algemene Reserve 15.609 7.429 353 15.049 8.342
Totaal Algemene Reserve 15.609 7.429 353 15.049 8.342
Bestemmingsreserves
Reserve afvalstoffenverwijdering 456 177 633
Reserve vervanging/onderhoud riolering 1.696 3 400 1.299
Reserve investeringsambities 12.227 600 5.252 2.918 15.162
Reserve energietransitie 328 28 355
Reserve Noodfonds energie 1.000 505 495
Dekkingsreserves kapitaallasten 8.646 11.097 - 19.743
Totaal Bestemmingsreserves 23.352 600 17.556 3.823 37.686
Totaal 38.961 8.029 17.909 18.872 46.028

Toelichting op reserves

ALGEMENE RESERVE

Algemene reserve
Van het rekeningresultaat 2022 is € 7,4 miljoen toegevoegd aan de algemene reserve. Bij de najaarsnota 2023 is € 353.000 van de resterende middelen regeling noodfonds energie in de algemene reserve gestort. De onttrekking in 2023 is in totaal € 15,0 miljoen. Deze bestaat uit de onttrekking van incidentele uitgaven van de budgetten die bij de jaarrekening 2022 zijn overgegaan naar het begrotingsjaar 2023 (€ 1,2 miljoen). Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de middelen voor de implementatie omgevingswet en de energietoeslag. Daarnaast is er € 1,0 miljoen onttrokken voor het Noodfonds Energie. Tot slot zijn de middelen voor de herinrichting winkelstraat Wolvega, de planontwikkeling Groene Hart Wolvega en de gebiedsontwikkeling Acht-Pilarenplein onttrokken (€ 12,9 miljoen).

BESTEMMINGSRESERVES

Reserve afvalstoffenverwijdering
Het uitgangspunt is dat de kosten van afvalinzameling en -verwerking voor 100% worden opgevangen uit de opbrengst afvalstoffenheffing. De werkelijke kostendekkendheid (106%) is hoger dan de begrootte kostendekkendheid (100%). Met name de kosten zijn lager dan vooraf verwacht. Het bedrag dat wordt toegevoegd aan de reserve is € 177.000. De exploitatie afvalstoffenverwijdering wordt in programma 7 en de paragraaf lokale heffingen nader toegelicht.

Reserve vervanging/onderhoud riolering
Net als bij de afvalstoffenheffing geldt bij riolering het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid. De werkelijke kostendekkendheid van het taakveld riolering is nagenoeg gelijk aan de begroting. Er is daarom slechts € 3.000 toegevoegd aan de reserve. De onttrekking uit de reserve vervanging riolering betreft € 400.000 voor het project van de herinrichting van de winkelstraat Wolvega. In de analyse op de cijfers van programma 7 en de paragraaf lokale heffingen lichten we de exploitatie riolering nader toe.

Reserve investeringsambities
Bij de vaststelling van de jaarstukken 2017 is de bestemmingsreserve investeringsambities in het leven geroepen. Inmiddels zijn de nodige investeringen vanuit het dynamische investeringsprogramma gestart. Vanuit het collegeprogramma 2022-2026 zijn middelen voor nieuwe investeringen toegevoegd. Daarnaast is € 600.000 van het rekeningresultaat 2022 toegevoegd. In 2023 is een totaalbedrag van ruim € 5,3 miljoen toegevoegd aan de reserve investeringsambities voor de planontwikkeling van het Groene Hart Wolvega en de gebiedsontwikkeling van het Acht-Pilarenplein. We onttrokken aan deze reserve een bedrag van € 1,8 miljoen (investering + rentelasten) voor de planontwikkeling van het Groene Hart Wolvega, € 600.000 voor de herinrichting winkelstraat Wolvega, € 500.000 voor de verkeerskundige knelpunten en de organisatiekosten 2023 (€ 25.000) van de Regiodeal Zuidoost Friesland.

Reserve energietransitie
Bij de Voorjaarsnota 2019 is de bestemmingsreserve energietransitie ingesteld, zodat we het klimaat- en duurzaamheidsbeleid in Weststellingwerf verder invulling kunnen geven. De structurele voeding van de reserve bestaat uit de jaarlijkse huuropbrengsten van de twee zonneparken in onze gemeente, voor 2023 € 28.000.

Reserve noodfonds energie
Bij de vaststelling van de begroting 2023 is door een amendement de reserve noodfonds energie in het leven geroepen. Hier is € 1,0 miljoen in gestort voor regelingen waar maatschappelijke organisaties, culturele verenigingen en sportverengingen een beroep op konden doen. In 2023 is zo'n regeling opengesteld. Voor deze regeling is € 505.000 uit de reserve onttrokken. 

Dekkingsreserve kapitaallasten
Deze reserves zijn ingesteld voor de dekking van de kapitaallasten van diverse projecten. Op het moment dat we een project afsluiten, gaan de kapitaallasten op de exploitatie drukken. Deze lasten worden gedekt door een onttrekking aan deze bestemmingsreserve. In 2023 was er geen onttrekking nodig. Wel zijn er stortingen gedaan voor de dekking van de kapitaallasten van het project herinrichting winkelstraat Wolvega (€ 4,5 miljoen), project herinrichting De Blesse (€ 657.000), project planontwikkeling Groene Hart (€ 5,7 miljoen) en project gebiedsontwikkeling Acht-Pilarenplein (€ 150.000).

Structurele mutaties
De voorschriften vragen om een overzicht van alle structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves. Dit om beter inzicht te krijgen in het structureel en reëel evenwicht. Alle mutaties binnen onze reserves zijn van incidentele aard, met uitzondering van de toevoeging van de huuropbrengsten zonneparken aan de bestemmingsreserve energietransitie.

+ = storting - = onttrekking x 1.000
Structurele reservemutaties
Stortingen Onttrekkingen
Bestemmingsreserves
Reserve energietransitie 28
Totaal structurele reservemutaties 28

Voorzieningen

Terug naar navigatie - Voorzieningen
x € 1.000
Voorzieningen Saldo 31-12-2022 Stortingen Aanwen- dingen Vrijval Saldo 31-12-2023
Voorziening Nalatenschap Dames Hofstee 151 151
Voorziening Verlofsparen 163 106 269
Voorziening RVU 161 161
Voorziening Uitkering Pensioenen Gewezen Wethouders 2.812 1.697 277 4.232
Voorziening Opbouw Pensioenen Gewezen Wethouders 2.275 77 1.755 596
Voorziening Ontslaguitkeringen Wethouders 81 287 111 257
Voorziening afkoopsom onderhoud graven 562 47 71 538
Totaal 6.044 2.375 388 1.826 6.204

Toelichting op voorzieningen

Voorziening nalatenschap dames Hofstee
Deze voorziening is gevormd uit een legaat met als verplichting dat de rente-opbrengsten ten gunste komen van de Triade. Jaarlijks bepalen we bij het opstellen van de begroting wat de rente is en dat rentebedrag wordt op verzoek uitbetaald aan Triade. De stand van de voorziening blijft € 150.655.

Voorziening verlofsparen
In de cao 2022 was de invoering van spaarverlof opgenomen. Medewerkers kunnen bovenwettelijke verlof, overwerkvergoeding, gekochte bovenwettelijke uren, verlofuren uit onregelmatig werken en beschikbaarheidsdienst omzetten in spaarverlof. Voor dit spaarverlof, zoals dit vanaf 2022 van toepassing is, moet voor de verplichting een voorziening worden opgenomen. In 2023 is een extra bedrag van € 106.000 in deze voorziening gestort.

Voorziening Regeling vervroegd uittreden (RVU)
In de cao is de RVU opgenomen. Bij de RVU nemen medewerkers ontslag en volgt er een (maandelijkse) ontslagvergoeding die de medewerker in staat stelt om te overbruggen tot aan de AOW-leeftijd. Aangezien de medewerker in die periode geen activiteiten/prestaties voor de gemeente verricht, moet volgens het BBV, een voorziening worden getroffen voor de financiële verplichting die de gemeente tegenover de medewerker en de fiscus heeft op basis van deze regeling. Wij hebben hier in 2023 voor het eerst een voorziening voor opgenomen. Er is een bedrag van € 161.000 in deze voorziening gestort.

Algemene informatie over pensioenen wethouders
Het pensioen voor wethouders is geregeld in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers (Appa). Ook bewindspersonen, leden van de Tweede Kamer, gedeputeerden en leden van het dagelijks bestuur van een waterschap (behalve de dijkgraaf) bouwen op grond van die wet pensioen op. De Appa-pensioenpremie wordt op het salaris van de wethouder ingehouden. Deze wordt gestort in de kas van de gemeente in plaats van bij een pensioenfonds. Gemeenten hebben op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) de taak om hiervoor een voorziening te vormen. Daarmee is zichtbaar voor welk bedrag oud- en zittende wethouders pensioen hebben opgebouwd. De gehanteerde rekenrente is gebaseerd op een jaarlijkse circulaire van het ministerie van BZK hierover.

Voorziening Uitkering Pensioenen Gewezen Wethouders
Oud-wethouders, die intussen met pensioen zijn, ontvangen uit deze voorziening hun pensioen. De hoogte van de voorziening wordt bepaald aan de hand van actuariële berekeningen. Ten opzichte van vorig jaar is de rekenrente verhoogd van 2,472% naar 3,160%. In de circulaire van BZK is bepaald dat de ABP-pensioenen met ingang van 1 januari 2024 worden verhoogd met 3,03%. Dat betekent dat ook de Appa pensioenen met ingang van 1 januari 2024 worden verhoogd met 3,03%. De indexatie is opgenomen in de waardeberekeningen.

In 2023 zijn twee voormalig wethouders met pensioen gegaan. Om die reden is er een extra bedrag in deze voorziening gestort. Daar tegenover staat een vrijval in de voorziening opbouw pensioenen gewezen wethouders.

In 2023 is uit de voorziening € 277.000 aan pensioenen uitgekeerd. Door de aanpassing van de rekenrente en de indexatie van de pensioenen verandert het benodigde saldo in deze voorziening. Op basis van de actuariële berekeningen is er in totaal € 1.679.000 in de voorziening gestort. De voorziening komt hiermee eind 2023 uit op € 4.232.000.

Voorziening Opbouw Pensioenen Gewezen Wethouders
Voor onze huidige wethouders en oud-wethouders die op dit moment nog niet met pensioen zijn, moeten we een voorziening vormen die op termijn toereikend moet zijn om ieders pensioen te kunnen betalen. Voor de bepaling van de hoogte van deze voorziening moeten we gebruik maken van actuariële berekeningen. Hierbij is rekening gehouden met de actuele rekenrenten en indexering van de pensioenen. Ten opzichte van vorig jaar is de rekenrente verhoogd van 2,472% naar 3,160%. In de circulaire van BZK is bepaald dat de ABP-pensioenen met ingang van 1 januari 2024 worden verhoogd met 3,03%. Dat betekent dat ook de Appa pensioenen met ingang van 1 januari 2024 worden verhoogd met 3,03%. De indexatie is opgenomen in de waardeberekeningen. Zoals hiervoor al werd beschreven, zijn twee oud-wethouders met pensioen gegaan in 2023. Om die reden en op basis van de actuariële berekeningen valt er in 2023 € 1.755.000 vrij. De voorziening komt hiermee eind 2023 uit op € 596.000.

Voorziening Ontslaguitkeringen Wethouders
Wethouders, die niet hun volledige termijn afmaken, hebben recht op een ontslaguitkering. Dit wordt ook wel wachtgeld genoemd. Een voormalig wethouder heeft recht op een volledige uitkering tot het moment dat hij of zij een nieuwe baan heeft gevonden of een aanvullende uitkering als het salaris in de nieuwe baan lager is. In 2023 is er € 111.000 aan (aanvullende) ontslaguitkeringen betaald. Vanwege het vertrek van een wethouder heeft er een storting in de voorziening plaatsgevonden. De voorziening komt hiermee eind 2023 uit op €257.000.

Voorziening afkoopsom onderhoud graven
Deze voorziening is bedoeld om het onderhoud van graven te kunnen betalen. De storting is de afkoopsom, die nabestaanden hebben betaald voor het onderhoud van graven in toekomstige jaren. De vrijval betreft de bijdrage aan de exploitatie 2023 om dit onderhoud te kunnen betalen.

Vaste schuld

Terug naar navigatie - Vaste schuld

Onze vaste schuld met rentetypische looptijd groter dan 1 jaar bestaat uit drie geldleningen.

x € 1.000
Vaste schulden > 1 jaar Oorspr. Bedrag Rente % Einde looptijd Boekwaarde 31-12-2022 Opname 2023 Aflossing 2023 Boekwaarde 31-12-2023 Aflossing totaal Rente 2023
Opgenomen leningen
201601 (BNG 347) 56.901 3,440% 2036 37.697 2.845 34.852 22.049 1.260
201602 (BNG 348) 4.000 1,940% 2037 4.000 4.000 - 78
200901 (ASN 291) 10.000 4,165% 2029 3.500 500 3.000 7.000 146
Totaal 70.901 45.197 - 3.345 41.852 29.049 1.484

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

De vlottende passiva bestaan uit netto-vlottende schulden met een looptijd korten dan 1 jaar en overlopende passiva. Per onderdeel wordt een nadere toelichting/specificatie gegeven. De crediteuren algemeen zijn afgenomen ten opzichte van 2022. Dit heeft te maken dat voor 2022 een factuur van de Veiligheidsregio van ongeveer € 2.760.000 als crediteur in 2022 is opgenomen maar betrekking heeft op 2023. Deze factuur was eveneens als vooruitbetaald opgenomen. De overlopende passiva zijn enorm toegenomen. Dit heeft met name te maken met alle ontvangen doeluitkeringen (specifieke uitkeringen) die wij op dit moment ontvangen.

x € 1.000
Vlottende passiva 31-12-2023 31-12-2022
Vlottende schuld 5.655 6.827
Overlopende passiva 7.366 4.214
Totaal 13.021 11.041
x € 1.000
Specificatie vlottende schuld 31-12-2023 31-12-2022
Crediteuren algemeen 2.962 3.982
Crediteuren belastingafdrachten 207 166
Crediteuren Werk en Inkomen 1.636 1.781
Crediteuren SD 317 460
Overig 533 438
5.655 6.827

Overlopende passiva

Terug naar navigatie - Overlopende passiva
x € 1.000
Overlopende passiva 31-12-2023 31-12-2022
Verplichtingen die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen 3.178 2.649
Ontvangen voorschotten voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van volgende begrotingsjaren 4.188 1.565
Totaal 7.366 4.214
x € 1.000
Betreft: 31-12-2023 31-12-2022
Transitorische rente 284 308
Diverse afdrachten december salarissen 1.702 1.582
Omzetbelasting 4e kwartaal -12 413
Nog te betalen kosten 886 238
Vooruit ontvangen bedragen 318 108
Ten onrechte betaald/ontvangen
Verplichtingen die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen 3.178 2.649
Vooruitontvangen doeluitkeringen 4.186 1.565
Overige voorschotten 2 0
Ontvangen voorschotten 4.188 1.565

Vooruit ontvangen doeluitkeringen

Terug naar navigatie - Vooruit ontvangen doeluitkeringen
x € 1.000
Vooruit ontvangen doeluitkeringen Code SISA 31-12-2022 Toevoegingen Uitgaven Vrijval 31-12-2023
Van het Rijk:
Onderwijsachterstandsbeleid (OAB) OCW D8 188 536 614 - 111
Nationaal Programma Onderwijs (NPO) OCW D14 239 124 123 240
Hulp gedupeerden toeslagenproblematiek FIN B2 13
Sportakkoord VWS H8 74 - 35 39
Preventieakkkoord VWS H12 24 20 4 40
Wet Inburgering SWZ G10 164 273 120 317
Onderwijsroute SWZ G13 22 21 22 21
Aanpak Energie armoede C55 753 266 219 800
Capaciteit klimaat en Energiebeleid CDOKE F28 - 522 59 463
Brede reg.Comb.funct. buurtsp BR 0039 - 156 156 - -
Lok. sportakkoord vanaf 2023 BR 0039 - 23 23
Leefomgeving BR 0039 - 17 17
Mantelzorg BR 0039 - 22 22
Een tegen Eenzaamheid BR 0039 - 17 17 -
Versterken sociale basis BR 0039 - 58 26 32
Welzijn op recept BR 0039 - 10 1 9
Terugdringen gezondh.achterst BR 0039 - 35 - 35
Kansrijke Start BR 0039 - 26 12 14
Verst. kennis en adviesfunctie GGD BR 0039 - 4 4
Coörd.kosten reg. aanpak prev BR 0039 - 23 6 17
Aanp. overgewicht en obesitas BR 0039 - 30 1 29
OKO vroegsignal. alcoholprobl BR 0039 - 4 - 4
Mentale gezondheid BR 0039 - 12 - 12
Valpreventie BR 0039 - 89 65 24
Lokale aanpak Isolatie LAI23 - 1.198 - - 1.198
Huisvesting grote gezinnen statushouders A10 - 35 - - 35
Oekraïne A16 2.470 1.778 680 12
Van overige Nederlandse overheidslichamen: -
Manifest verkeersveiligheid 19 19 -
Zwerfafval 55 55 -
Regiodeal Zuidoost Friesland C75B - 850 156 694
Koepelproject streekagenda 14 14 -
Totaal 1.565 6.841 3.440 768 4.186

Toelichting op vooruit ontvangen doeluitkeringen

Onderwijsachterstandsbeleid (LOAB)
We krijgen een Rijksbijdrage voor de LOAB die wij voor meerdere jaren moeten inzetten. In 2023 is hiervan een deel gebruikt. Het saldo van de baten en lasten van deze rijksbijdrage is toegevoegd aan deze post en als zodanig gereserveerd voor latere jaren omdat het geoormerkte gelden zijn. 

Nationaal Programma Onderwijs (NPO)
Het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) heeft als doel om leerlingen te helpen die vertraging hebben opgelopen in hun leerontwikkeling. We hebben in 2023 weer een deel van de bijdrage vooruit ontvangen. De uitgaven van 2023 zijn hiermee verrekend. Het nieuwe saldo is bestemd voor latere jaren.

Hulp gedupeerden toeslagenproblematiek
 We hebben in 2023 meer uitgegeven dan we in 2022 vooruit ontvangen hadden. Zie hiervoor bij de Nog te ontvangen doeluitkeringen.

Sportakkoord
Voor de uitvoering van de regeling lokaal Sportakkoord hebben we opnieuw middelen ontvangen van het Rijk. Het Nationaal Sportakkoord 'Sport verenigt Nederland' is sinds eind 2018 in uitvoering en loopt tot en met 2022. Het doel van het akkoord is dat iedereen in Nederland nu en in de toekomst zonder belemmeringen in een veilige en gezonde omgeving plezier in sport en bewegen kan hebben. We hebben toestemming om het restant in 2023 te besteden. Dit hebben we voor een deel gedaan.

Nationaal preventieakkoord
We doen mee aan het lokaal preventieakkoord van het Nationaal Preventieakkoord. Het betreft een jaarlijkse Rijksbijdrage van € 20.000 van 2021 tot en met 2023. Met deze middelen gaat de gemeente preventief inzetten op het terugdringen van roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik in samenwerking met lokale partners. 

Wet inburgering 
Per 1 januari is de nieuwe Wet inburgering van kracht. Voor de uitvoering hiervan hebben we ook in 2023 een SPUK uitkering van het Rijk gekregen. 

Onderwijsroute
De onderwijsroute inburgering is een route vooral voor jongeren. Zij leren de Nederlandse taal op niveau B1 of hoger. Ook worden zij dan voorbereid op het volgen van een mbo-, hbo- of universitaire opleiding. Er is door het Rijk een eenmalige specifieke uitkering verstrekt voor het realiseren van aanbod voor de onderwijsroute en voor voorzieningen die voor de doelgroep worden getroffen.

Aanpak energiearmoede
In 2022 heeft de gemeente in twee delen een specifieke uitkering ontvangen voor aanpak energiearmoede (€753.000). In 2023 hebben we nog een aanvulling ontvangen van € 264.000. Tot en met 31 december 2025 heeft de gemeente de tijd om deze middelen uit te geven. We hebben € 219.000 uitgegeven in 2023. Met deze SPUK middelen kunnen gemeenten huishoudens ondersteunen met het nemen van kleine en grote energiebesparende maatregelen. Hierbij is het mogelijk aan te sluiten bij een bestaande aanpak. Deze aanpak kan variëren van kleine maatregelen, zoals energiedisplays en radiatorfolie, tot aan een bijdrage aan grotere isolatiemaatregelen zoals vloer- en spouwmuurisolatie. Het doel van deze maatregelen is directe verlaging van het energieverbruik of de energierekening.

Capaciteit klimaat en Energiebeleid CDOKE
Deze doeluitkering betreft personele (90%) en bijbehorende materiële kosten (10%) voor het uitvoeren van het Nationaal Klimaatakkoord (Regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid/CDOKE). Het bedrag (€ 522.000) ontvangen we eerst voor 3 jaar (2023, 2024 en 2025), de wettelijke regeling voor de jaren 2026 t/m 2030 volgt zo snel mogelijk. Omdat de aard een structurele taak is mogen we deze ontvangen middelen van minister Jetten en de provincie als structureel bestempelen. 

Brede Spuk regeling voor gezondheid en sport BR0039
Er is een nieuwe SPUK regeling ten behoeve van sport-beweegstimulering, het bevorderen van cultuurparticipatie, gezondheidsbevordering en het versterken van de sociale basis voor de jaren 2023 – 2026. Deze regeling is onderverdeeld in diverse projecten.

Lokale aanpak Isolatie
Voor de periode tot en met 2026 heeft het Rijk het door de gemeente gevraagde bedrag van € 1.198.000 toegekend voor het isoleren van particuliere woningen met de slechtste energie-labels (D, E, F of G) en een WOZ-waarde die lager is dan € 308.000. In samenwerking met de andere Friese gemeenten en de provincie Fryslân wordt een regeling uitgewerkt en in uitvoering gebracht.

Huisvesting grote gezinnen statushouders
We hebben in 2023 een subsidie van het Rijk aangevraagd en ontvangen voor het huisvesten van een groot gezin vergunninghouders. Deze subsidie is bedoeld om een woning aan te passen voor een groot gezin. De werkzaamheden en de afhandeling zal in 2024 plaats vinden. 

Oekraïne
In 2023 hebben we een voorschot aangevraagd voor de opvang van Oekraïners. Het aangevraagde voorschot wat iets hoger, dan het daadwerkelijke te declareren bedrag. We hebben in 2023 € 12.000 teveel ontvangen. De toelichting voor de opvang van Oekraïne is terug te vinden in de financiële toelichting van programma 6. 

Manifest verkeersveiligheid
Voor de jaren 2021-2025 is een bedrag van € 26.000 (samengevoegd met restant 2020) ontvangen om te besteden aan projecten ten gunste van de verkeersveiligheid. In 2023 hebben deze € 19.000 van de balans gehaald. We hebben in 2023 € 11.500 uitgegeven. Het resterende bedrag verwachten we in 2024 te besteden. 

Zwerfafval
In 2022 heeft de gemeente een vergoeding ontvangen voor zwerfafvalprojecten. Met deze middelen zet de gemeente in op het bewustzijn van zwerfafval. De verantwoording en afronding van de projecten was in 2023.

Regiodeal Zuidoost Friesland
De Regiodeal omvat in totaal een bedrag van € 30 miljoen. Daarvan wordt € 15 miljoen door het Rijk geïnvesteerd en de regio staat garant voor € 15 miljoen cofinanciering. Wij hebben in 2023 gelden van de Rijksbijdrage ontvangen voor de projecten Bestemming Wolvega of de Zuidelijke Poort (Driewegsluis). In 2024 wordt er nog gewerkt aan het project Bestemming Wolvega.

Koepelproject streekagenda
In 2019 is een bijdrage ontvangen voor het koepelproject streekagenda. Het restant bedrag is vrijgevallen.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Terug naar navigatie - Niet uit de balans blijkende verplichtingen

De gemeente is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen.

x € 1.000
Niet uit de balans blijkende verplichtingen 31-12-2023 31-12-2022
Huur - en leasecontracten 1.651 1.266
Gewaarborgde geldleningen 100% garantstelling 2.290 2.563
Gewaarborgde geldleningen 50% garantstelling 24.500 28.083
Totaal 28.441 31.912

Toelichting op niet uit de balans blijkende verplichtingen

Gewaarborgde geldleningen

Naast de vaste schulden (opgenomen geldleningen) staat de gemeente Weststellingwerf garant voor onderstaande leningen. Bij de indirect gegarandeerde leningen staat het Rijk voor 50% garant en de gemeente voor 50%. 

x € 1.000
Gegarandeerde geldleningen Waarborg 100% Geldnemer Datum laatste aflossing Rente % Oorspr Bedrag Restant lening 31-12-2022 Restant lening 31-12-2023
BNG
Verzelfstandiging Soolstede Stichting Alliade 19-06-2030 3,850 2.050 875 779
Verzelfstandiging Soolstede Stichting Alliade 23-10-2030 3,945 3.779 1.623 1.446
Rabobank
F.C. Wolvega Stichting Sportpark Molenwiek 08-03-2033 6,600 125 65 65
Totaal 5.954 2.563 2.290
x € 1.000
Indirect gegarandeerde geldleningen* Waarborg 50% Geldnemer Datum laatste aflossing Rente % Oorspr Bedrag Restant lening 31-12-2022 Restant lening 31-12-2023
BNG
40.113857 Woningst. Weststellingwerf 4.000 4.000
40.114339 Woningst. Weststellingwerf 3.000 3.000 3.000
40.103017 Stichting WoonFriesland 3.100 3.100 3.100
40.112530 Woningst. Weststellingwerf 3.500 3.500 3.500
Flex .465.02 Woningst. Weststellingwerf 5.000 5.000 3.000
40.114907 Woningst. Weststellingwerf 5.000 5.000 5.000
40.113856 Woningst. Weststellingwerf 4.000 4.000 4.000
40.113857 Woningst. Weststellingwerf 4.000 4.000
40.80275.02 Woningst. Weststellingwerf 3.400 2.066 -
40.80275,03 Woningst. Weststellingwerf 1.900 1.900
Flex.701.01 Woningst. Weststellingwerf 3.500 3.500 -
Flex.701.02 Woningst. Weststellingwerf 3.500 3.500
40.103685 Woningst. Weststellingwerf 5.000 5.000
Ned. Waterschaps Bank
WSW 41770 Woningst. Weststellingwerf 29-01-2025 4,450 3.000 3.000 3.000
WSW 39219 Woningst. Weststellingwerf 21-06-2027 4,849 5.000 5.000 5.000
Aegon
WSW 49842 Stichting WoonFriesland 03-03-2070 0,260 10.000 10.000 10.000
Totaal 66.900 56.166 49.000
Hiervan 50% indirect gegarandeerd 28.083 24.500