Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu

Beleidsnota's

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Beleidsnota's

2007 Notitie Mestvergisting
2008 Notitie Beleidskaders nieuwe Wet geluidshinder
2010 Notitie Geurbeleid
2010 Integraal Vergunningenplan
2011 Gebiedsvisie Wet geurhinder en veehouderij
2012 Geurverordening Weststellingwerf
2018 Watergangen waarop via een riooloverstort wordt geloosd
2020 VTH beleidsplan OWO 2020-2024
2020 Gemeentelijk Rioleringsplan 2021-2025
2021 Transitievisie Warmte OWO
2021 Strategienota Grondstoffenbeleid Weststellingwerf
2022 Lokaal gezondheidsbeleid Gemeente Weststellingwerf 2022-2025
2022 Nota Bodembeheer (inclusief bodemkwaliteitskaarten)
2022 Notitie Scenario's uitbreiding ecologisch bermbeheer gemeente Weststellingwerf
2023 OWO- Uitvoeringsprogramma warmtetransitie
2023 Uitvoeringsprogramma 2024 en Jaarverslag 2023 Fysieke leefomgeving
2023 Regioplan Friesland (FrIZA)
2023 Plan van Aanpak GALA/Brede SPUK Gemeente Weststellingwerf 2023 - 2026
2024 Beleidsbrief Klimaat & Duurzaamheid
2024 Communicatieplan Diftar+
2025 Plan van Aanpak JOGG in Weststellingwerf 2025
2025 Uitvoeringsplan Drank en Alcoholwet NIX18 2025
2025 OWO actieplan Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkomen (MVOI)
2025 Communicatieplan Klimaat & Duurzaamheid 

Actuele ontwikkelingen en nieuw beleid

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Actuele ontwikkelingen en nieuw beleid

Gezondheidsbeleid
In 2026 zetten wij ons onverminderd in voor het bevorderen van de volksgezondheid, met als leidraad de Wet Publieke Gezondheid (WPG), het nieuwe Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA), het huidige Integraal Zorgakkoord (IZA) en het aflopende landelijke gezondheidsnota die plaatsmaakt voor een hernieuwde gezondheidsnota. Door de landelijke politieke onzekerheid is nog niet bekend wat dit voor de inzet en uitvoer voor gemeenten betekent. Naar verwachting zal in het najaar van 2025 de nieuwe landelijke gezondheidsnota worden vastgesteld. Op basis van de nieuwe landelijke gezondheidsnota zullen wij in 2026 het nieuwe gezondheidsbeleid 2026 – 2030 opstellen en laten vaststellen. Gezondheid is voor iedereen belangrijk. Dit is ook terug te zien in de nieuwe Omgevingswet. Zoals het rapport van het RIVM over de toekomst van de volksgezondheid (VTV) schetst is er een toename van overgewicht, chronische ziektes en mentale problemen. Daarnaast zijn er tekorten in de zorg en verandert de leefomgeving door klimaatverandering. Dit zorgt voor grotere uitdagingen om gezondheid te borgen. Het nieuw lokaal gezondheidsbeleid geven we integraal vorm met ketenpartners, inwoners, zorgpartijen en de verschillende beleidsterreinen.

Onzekerheid toekomstige baten Brede SPUK Gezond en Actief leven Akkoord (GALA)
We maken gebruik van de baten vanuit de Brede SPUK regeling bij de onderwerpen: kansrijke start, mentale gezondheid, aanpak overgewicht en obesitas, valpreventie, OKO & vroegsignalisering alcoholproblematiek, versterking kennis- en adviesfunctie GGD en coördinatiekosten regionale aanpak preventie. De uitkomst van toegepaste korting, de ontschotting en geschrapte indexatie van de Brede SPUK 2026 is nog onduidelijk. Wel worden er waarschijnlijk in 2026 extra middelen beschikbaar gesteld voor het beschermen en bevorderen van de mentale gezondheid van onze inwoners. Ook zijn de middelen die we mogelijk vanaf 2027 ontvangen nog onzeker. De totale uitwerking hiervan nemen we mee in de voorjaarsnota 2026. 

Wet integrale suïcidepreventie 
Vanuit de nieuwe Wet integrale suïcidepreventie is iedere gemeente verplicht om vanaf 2026 integraal preventief suïcidebeleid te ontwikkelen. In 2026 geven wij hieraan invulling in nauwe samenwerking met 113, ketenpartners, GGD Fryslân, ervaringsdeskundigen en inwoners.

Klimaat en duurzaamheid
POVI
In juni 2025 heeft de Provincie de Contourenschets Omgevingsvisie Fryslân vastgesteld. Dit document vormt de koers voor de nieuwe Provinciale omgevingswet (POVI) en is bedoeld als basis voor verdere draagvlakvorming en besluitvorming. De verwachting is dat de POVI in 2026 wordt vastgesteld. De nieuwe POVI zal aanvullende kaders vaststellen voor energie infrastructuur projecten en nieuwe energie opweklocaties. 

Beleid en uitvoeringcapaciteit klimaat en duurzaamheid op orde
De uitvoeringscapaciteit is op orde gebracht. Beleid en uitvoering zijn nu beter in balans en afgestemd op de klimaat- en duurzaamheidsambities. We werken programmatisch aan klimaat- en duurzaamheid en doen dit via vier inhoudelijke pijlers. 
We hebben onze ambities vastgelegd in de Beleidsbrief klimaat en duurzaamheid, deze gaat uit van vier beleidspijlers. Als gemeente hebben we een regierol in het duurzaam verwarmen en isoleren van woningen en andere gebouwen. Daarom hebben we de warmtetransitie als extra pijler toegevoegd. Communicatie is ondersteunend aan de pijlers en is daarom als zelfstandige pijler komen te vervallen. 
We werken vanuit deze beleidspijlers:
•    energie
•    warmte 
•    klimaatadaptatie 
•    circulaire economie
Voor elke pijler wordt een programmaplan vastgesteld. Voor energie is dat het Kaderstellend Adaptief Programmaplan Energietransitie (KAPE; vaststelling naar verwachting eind 2025). Voor warmte het warmteprogramma (vaststelling 2026). Ook voor klimaatadaptatie (vaststelling 2026) en voor circulaire economie (vaststelling eind 2025) worden programmaplannen vastgesteld.

Onzekerheid over CDOKE-middelen na 2025
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland werkt aan de CDOKE-regeling voor na 2025. Landelijk is er budget gereserveerd maar er is op dit moment nog geen zekerheid over de vorm en voorwaarden van de regeling na 2025. De middelen blijven primair bedoeld voor klimaat- en energietaken en zijn bedoeld voor het structureel inzetten voor personeelskosten en externe expertise. Ook is al duidelijk dat we een 10% korting gaan ontvangen. Eind 2025 verwachten we duidelijkheid over deze nieuwe regeling, de uitwerking hiervan nemen we mee in de voorjaarsnota 2026.

Gemeentelijk Rioleringsplan 2021-2025
Het Gemeentelijk rioleringsplan 2021-2025 (GRP) is vastgesteld tot en met 31 december 2025. In het GRP staat beschreven hoe wij invulling geven aan de wettelijke zorgplicht op het gebied van afvalwater, regenwater en grondwater. Daarnaast staat in het GRP beschreven wat ons dat kost en hoe wij dat financieren.

Met inwerking van de Omgevingswet is het opstellen van een gemeentelijk rioleringsplan geen wettelijke verplichting meer. Wel wordt van de gemeente gevraagd om binnen haar eigen omgevingsvisie een visie te ontwikkelen op waterbeheer. Deze visie kan worden gezien als een vervanger van het GRP.

Er wordt in 2026 een voorstel gedaan om het GRP 2021-2025 met 2 jaar te verlengen en daarna een visie op te stellen. 
De redenen daarvoor zijn: 
- In 2026 wordt er een nieuwe klimaatstresstest uitgevoerd. Mogelijk dat er uit de klimaatstresstest nieuwe opgaven komen voor het onderdeel wateroverlast. Deze nieuwe opgaven kunnen dan verwerkt worden in de op te stellen visie;
- De klimaatmaatregelen zoals die omschreven in het GRP 2021-2025 zijn nog niet uitgevoerd. Oorzaak hiervan zijn personeelstekort en de lange voorbereidingstijd per project;
- In 2025 is er een start gemaakt met het opstellen van een nieuwe omgevingsvisie.

In het voorstel wordt ook het thema 'water bewustwording' meegenomen. Er wordt een voorstel gedaan om: 
1. een regentonactie uit te voeren;
2. deel te nemen aan het NK-tegelwippen;
3. een subsidie in te stellen voor de aanleg van groene daken.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Doelstellingen

Aan de slag met gezondheidsbeleid

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Doelstellingen - Aan de slag met gezondheidsbeleid

Wat willen we bereiken?
Vanuit het gezondheidsbeleid blijven we ons inzetten op de drie vastgestelde ambities: Een gezonde leefstijl, een gezonde leefomgeving en mentale gezondheid.

1. Gezonde Leefstijl
We continueren de programma’s Kansrijke Start, Gezonde Jeugd Gezonde Toekomst (JOGG), NIX18 en Opgroeien Kansrijke Omgeving (OKO), die bijdragen aan een gezonde en veilige ontwikkeling van onze jeugd. Deze programma’s sluiten aan bij het lokaal preventief jeugdbeleid en versterken de gezondheidsbevorderende en beschermende factoren voor kinderen en jongeren. Daarnaast zetten we actief in op de ketenaanpakken overgewicht bij ouderen en volwassenen (KOOV) en Kind naar Gezonder gewicht (KNNG). Dit doen we in actieve samenwerking met het sociaal en medisch domein waar we de gezamenlijke ambitie hebben om de transitie van zorg naar gezondheid door te zetten. Dit betekent op termijn minder zorgkosten, door eerder in te zetten op preventie. We blijven inzetten op kansengelijkheid wat bijdraagt aan het terugdringen van gezondheidsachterstanden. 

2. Gezonde Leefomgeving
Gezondheid is een integraal onderdeel van alle beleidsterreinen, waaronder het fysiek ruimtelijk domein. In lijn met de Omgevingswet (zie programma 8) blijven we gezondheid nadrukkelijk meenemen in ruimtelijke ontwikkelingen. Het programma JOGG is actief ondersteunend om de gezondheidsbevorderende en -beschermende accenten in de fysieke leefomgeving te borgen. Dit is terug te zien in het vormgeven van een veilige en beweegvriendelijke omgeving voor jong en oud, waar bewegen en ontmoeten centraal staan. Verder willen we in 2026 meer doen om hittestress tegen te gaan en om de luchtkwaliteit te bevorderen. Ook willen we het makkelijker maken voor inwoners om gezonde keuzes te maken. Bijvoorbeeld op het gebied van bewegen, voeding en roken. 

3. Gezonde Geest
De goede mentale gezondheid van onze inwoners is een groeiende prioriteit. De programma’s JOGG, OKO en Welzijn Op Recept (WOR) zijn actief preventief ondersteunend voor onze jeugd, jongeren, volwassenen en ouderen. In 2026 gaan we deze inzet verder uitbreiden.

Wat doen wij ervoor

Klimaat en duurzaamheid

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Doelstellingen - Klimaat en duurzaamheid

Wat willen we bereiken?

Samenwerking
•    We werken samen aan grote opgaven:
- We werken in Fries verband samen aan het bereiken van de ambitieuze doelen van de Friese Energievisie.
- We werken in OWO verband samen aan het behalen van de doelstellingen uit onze transitievisie warmte.
•  We actualiseren ons beleid

Energie
•    We willen de overgang naar duurzame energiebronnen en het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving versnellen, met als richtlijn 55% CO2 reductie in 2030 en 95% in 2050 ten opzichte van 1990. 
•    Naar verwachting wordt eind 2025 het Kaderstellend Adaptief Programmaplan Energietransitie vastgesteld. Dit programma geeft richting aan de ambities en doelstellingen voor lokale energie opwek- en besparingsprojecten. Hieruit volgt ook een uitvoeringsprogramma waar we de komende jaren op willen focussen.

Warmte 
•    We maken de gebouwde omgeving aardgasvrij. Uiterlijk in 2050 zijn alle wijken, dorpskernen en utiliteitsgebouwen aardgasvrij en goed geïsoleerd. Hiermee dragen we bij aan het nationale streven naar een klimaat neutrale gebouwde omgeving en het drastisch terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen.

Circulaire economie
•    We zetten in op het sluiten van kringlopen (de cirkel van materialen, producten en grondstoffen binnen de economie) en het verminderen van afval en grondstoffengebruik. Dit doen we door circulaire initiatieven te stimuleren, samenwerking te zoeken met regionale partners en bewustwording te vergroten bij inwoners en ondernemers.
•   We hebben de ambitie om in 2030 50% minder primaire grondstoffen te gebruiken en in 2050 een volledig circulaire economie te hebben. Hierbij houden we ons aan de landelijke doelstellingen. 

Klimaatadaptatie
•   De doelstelling van de pijler klimaatadaptatie is om de openbare ruimte zodanig in te richten en te beheren zodat de fysieke leefomgeving de weersextremen (wateroverlast, hittestress en droogtestress) op kan vangen.

Wat doen wij ervoor

Grondstoffenbeleid - Diftar

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Doelstellingen - Grondstoffenbeleid - Diftar

Wat willen we bereiken?

VANG-doelstelling
Wij blijven inzetten op het bereiken van de VANG doelstelling (Van Afval Naar Grondstof). We streven naar een circulaire economie. Met de invoering van Diftar+ is een belangrijke stap in het behalen van de VANG-doelstellingen gezet. Het doel is om geen afval meer te verbranden maar grondstoffen opnieuw te gebruiken
Het beleid is erop gericht dat de kosten voor het inzamelen en verwerken van afval volledig gedekt worden door de afvalstoffenheffing. Deze 100% kostendekkendheid blijft een uitgangspunt. De kosten voor het verwerken van restafval zijn de laatste jaren aanzienlijk gestegen. Dat komt onder andere door de verhoging van de verbrandingsbelasting vanuit het Rijk. Inmiddels weten we dat er ook een CO2-heffing zal worden ingevoerd voor iedere ton afval die verbrand wordt, waarmee verwerkingskosten voor restafval nog verder op zullen lopen. De hoogte van deze CO2-heffing en het moment van invoering weten we nog niet. 

Communicatieplan Diftar+
Om onze inwoners goed te informeren over de veranderingen in de afvalinzameling en de invoering van Diftar+ is een communicatieplan opgesteld. In het communicatieplan is het volgende uitgewerkt: 
1. De twee fasen om het nieuwe inzamelplan in te voeren: het testjaar in 2025 en het formele invoeringsjaar in 2026.
2. Het bewerkstelligen van gedragsverandering.
3. De diensten van afvalinzameling en overgang naar Omrin.

Wat doen wij ervoor

Wat mag het kosten

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Wat mag het kosten
Bedragen x €1.000
Exploitatie Rekening 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028 Begroting 2029
Lasten
7-1 Volksgezondheid 1.872 2.232 2.145 2.026 2.026 1.985
7-2 Riolering 2.218 2.260 2.289 2.563 2.680 2.686
7-3 Afval 3.182 3.334 3.698 3.697 3.697 3.696
7-4 Milieubeheer 2.607 3.288 2.396 2.393 2.393 2.393
7-5 Begraafplaatsen en crematoria 379 387 431 437 438 437
Totaal Lasten 10.258 11.502 10.960 11.116 11.233 11.198
Baten
7-1 Volksgezondheid -216 -261 -147 -27 -27 0
7-2 Riolering -2.313 -2.467 -2.549 -2.549 -2.549 -2.549
7-3 Afval -3.565 -3.637 -4.338 -4.338 -4.338 -4.338
7-4 Milieubeheer -1.049 -1.119 -548 -548 -548 -548
7-5 Begraafplaatsen en crematoria -195 -209 -209 -209 -209 -209
Totaal Baten -7.338 -7.693 -7.791 -7.672 -7.672 -7.645
Saldo van lasten en baten 2.920 3.808 3.169 3.444 3.562 3.553
Onttrekkingen
0-10E Mutaties reserves -720 -383 0 0 0 0
Stortingen
0-10E Mutaties reserves 462 25 30 30 30 30
Mutaties reserves -258 -358 30 30 30 30

Toelichting wat mag het kosten

Terug naar navigatie - Programma 7 | Volksgezondheid en Milieu - Toelichting wat mag het kosten

Begroting 2026 ten opzichte van de begroting 2025 en meerjarenperspectief
Lasten
Volksgezondheid 
Het verschil komt (bij zowel de lasten als de baten) doordat er in 2025 meer geld beschikbaar is dan in 2026 voor Opgroeien in een kansrijke omgeving (OKO) door een hogere bijdrage van FrIZA. Daarnaast vervallen na 2025 een aantal Brede SPUK onderdelen. 

Afval 
Vanaf 2026 wordt Diftar+ ingevoerd, hierdoor is er een verschuiving van kosten. De dienstverleningsovereenkomst van Omrin zorgt voor een stijging van € 1.035.000. Hier staat een daling van de interne doorbelasting van € 470.000 tegenover. Daarnaast verwachten we een verlaging van de verwerkingskosten door betere afvalscheidingen en iets meer kosten voor het compensatiebeleid. 

Riolering
De reeds beschikbaar gestelde kredieten en toekomstige investeringen met betrekking tot riolering zorgen vanaf 2027 voor hogere kapitaallasten.

Milieubeheer 
In 2025 zijn er incidenteel middelen beschikbaar voor uitvoering energietransitie (€ 70.000), uitvoering OWO-transitievisie warmte (€ 153.000), opstellen Soorten ManagementPlan (€ 141.000), Systeemstudie (€ 35.000) en Quick scan warmtenetten (€ 25.000), dit is ook zichtbaar bij onttrekking reservemutaties. Ook is er in 2025 € 435.000 meer SPUK CDOKE begroot dan in 2026. We houden structureel rekening met een ontvangst van € 518.000 (de omvang van de eerste tranche van die we in 2023 hebben ontvangen). Door de aangekondigde korting en de onzekerheid over de structurele voortzetting van deze middelen is de uiteindelijke omvang van deze specifieke uitkering echter nog onduidelijk.

Baten
Volksgezondheid 
Het verschil komt (bij zowel de lasten als de baten) doordat er in 2025 meer geld beschikbaar is dan 2026 voor Opgroeien in een kansrijke omgeving (OKO) door een hogere bijdrage van FrIZA. Daarnaast vervallen na 2025 een aantal Brede SPUK onderdelen. Ook is de uitkomst van toegepaste korting, ontschotting en geschrapte indexatie van de Brede SPUK nog onduidelijk, we houden daarom nog geen rekening met lasten, en daartegenover baten, vanaf 2026. 

Riolering
Het riooltarief is geactualiseerd, zie ook de paragraaf Lokale heffingen.

Afval
Het afvaltarief is geactualiseerd, zie ook de paragraaf Lokale heffingen.

Milieubeheer
In 2025 zijn er incidenteel middelen ontvangen voor het opstellen Soorten ManagementPlan (€ 141.000). Ook is er in 2025 € 435.000 meer SPUK CDOKE ontvangen dan in 2026. We houden structureel rekening met een ontvangst van € 518.000 (de omvang van de eerste tranche van die we in 2023 hebben ontvangen). Door de aangekondigde korting en de onzekerheid over de structurele voortzetting van deze middelen is de uiteindelijke omvang van deze specifieke uitkering echter nog onduidelijk.

Mutaties reserves
De onttrekking in 2025 betreft de dekking vanuit de algemene reserve voor de incidentele budgetten die doorgeschoven zijn vanuit 2024 naar 2025. Vanaf 2026 zijn er alleen nog toevoegingen begroot aan de reserve voor de energietransitie.