Overzicht Algemene dekkingsmiddelen

Taakvelden

Terug naar navigatie - Taakvelden
  • OZB woningen
  • OZB niet-woningen
  • Belastingen overig
  • Economische promotie
  • Algemene uitkeringen en overige uitkeringen gemeentefonds
  • Treasury

Algemeen

Terug naar navigatie - Algemeen

Dit overzicht gaat over de algemene dekkingsmiddelen. Het kenmerk van deze dekkingsmiddelen is dat ze vrij besteedbaar zijn. Ze zijn dus niet aan een bepaald programma gebonden. De algemene dekkingsmiddelen zijn de financiële dekking van de bestedingen in de programma`s 0 tot en met 8.

Specifieke dekkingsmiddelen zijn bijvoorbeeld de opbrengst afvalstoffenheffing, de opbrengst rioolheffing maar ook de specifieke uitkeringen van het rijk. Specifieke uitkeringen zijn onder andere de Gebundelde Uitkering (BUIG; zie programma 6). De specifieke dekkingsmiddelen zijn opgenomen in de betreffende programma`s in deze begroting. Ze verlagen het saldo van lasten en baten op het betreffende programma. We zien momenteel een behoorlijke toename van het aantal specifieke uitkeringen.

Gemeentelijke belastingen
Naast de twee taakvelden van de onroerende-zaakbelastingen (OZB) wordt hier ook het taakveld Belastingen overig opgenomen. Dat is de reclamebelasting. In Wolvega wordt vanaf 2016 reclamebelasting geheven vanuit het principe 'Voor ondernemers, door ondernemers'. De opbrengst van reclamebelasting wordt volledig uitgekeerd als subsidie aan de Stichting Ondernemersfonds Weststellingwerf (SOW). 

Onder het taakveld Economische promotie vallen de toeristenbelasting en de forensenbelasting. In de paragraaf lokale heffingen gaan we uitgebreid in op de gemeentelijke belastingen.

Algemene uitkeringen en overige uitkeringen gemeentefonds
Gemeenten ontvangen geld van het Rijk uit het gemeentefonds om hun taken uit te voeren. Het is de grootste inkomstenpost voor iedere gemeente. Gemeenten mogen zelf bepalen waar ze dit geld aan besteden. Uiteraard wel binnen de regels van de wet. 

Hoeveel geld een individuele gemeente uit het gemeentefonds krijgt, hangt af van de kenmerken en de belastingcapaciteit van een gemeente. De belastingcapaciteit geeft aan hoeveel belasting een gemeente jaarlijks kan innen. Het Rijk kijkt bij de verdeling van het gemeentefonds over de gemeenten onder meer naar:

  • aantal inwoners
  • aantal jongeren
  • aantal huishoudens met een laag inkomen
  • aantal bijstandsontvangers
  • oppervlakte van de gemeente.

We noemen er slechts vijf. De 'landelijke pot van het gemeentefonds' wordt verdeeld over alle gemeenten op basis van een groot aantal verdeelmaatstaven. Een groot deel van het geld uit het gemeentefonds keert het rijk uit in de vorm van een Algemene uitkering. Daarnaast zijn er nog integratie- en decentralisatie-uitkeringen. Een decentralisatie-uitkering is tijdelijk voor een bepaald aantal jaren. Een integratie-uitkering is ingesteld met de bedoeling dat het op korte termijn overgaat naar de Algemene uitkering. Dat is vanaf 2019 grotendeels gebeurd met de integratie-uitkering Sociaal domein.

Gemeenten ontvangen normaal gesproken op drie tijdstippen in het jaar informatie over de gemeentefondsuitkering. De raming van de gemeentefondsuitkering voor de jaren 2024-2027 is in deze programmabegroting bepaald op basis van de meicirculaire 2023. Voor 2024 verwachten we ruim € 63,8 miljoen uit het gemeentefonds te ontvangen.

Treasury
Alle rente ramen we op het taakveld Treasury. Dat is de rente die we moeten betalen voor de langlopende geldleningen die we hebben. Daar tegenover staat de ontvangen rente van het schatkistbankieren en voor geldleningen die wij als gemeente hebben verstrekt (bijvoorbeeld de hypothecaire geldleningen aan ambtenaren). Ook staat op dit taakveld de ontvangen dividenduitkering van BNG.

Actuele ontwikkelingen en nieuw beleid

Terug naar navigatie - Actuele ontwikkelingen en nieuw beleid

Herijking gemeentefonds
Per 2023 wordt het gemeentefonds op een nieuwe manier verdeelt over de Nederlandse gemeenten. Hoofddoel van dit nieuwe verdeelstelsel was om het eenvoudig en uitlegbaar te maken en dat het beter aansluit bij de noodzakelijke kosten die gemeenten maken. Het nieuwe verdeelmodel pakte voor ons positief uit. Voor de herverdeling werd een ingroeipad gevolgd van drie jaren en het herverdeeleffect werd gemaximeerd. 2024 is het tweede jaar van het ingroeipad. Dat betekent dat er in de jaarschijf 2024 een positief effect van € 22,50 per inwoner verwerkt is. Dit is bij de meicirculaire 2022 al verwerkt.
Overigens is er op basis van een advies van de Raad voor Openbaar Bestuur (ROB) een onderzoeksagenda opgesteld naar aanleiding van dit nieuwe verdeelmodel. De uitkomsten van deze onderzoeken kunnen leiden tot aanpassingen in het model.

Financieel ravijn vanaf 2026
Gemeenten zijn nauw betrokken bij alle grote maatschappelijke opgaven in Nederland en zijn in de afgelopen jaren op veel opgaven zelfs voor meer taken verantwoordelijk geworden. Uit de Voorjaarsnota 2023 van het Rijk blijkt dat gemeenten vanaf 2026 structureel € 3 miljard minder krijgen om hun taken uit te voeren. De opschalingskorting is één van de oorzaken dat de gemeenten minder geld krijgen. Bijna alle gemeenten, waaronder ook wij, zien hierdoor vanaf 2026 een tekort ontstaan op de begroting. De VNG is inmiddels in overleg met het kabinet over de disbalans die vanaf 2026 ontstaat en de gevolgen daarvan. De VNG zet in op een rechtvaardig, duurzaam en solide meerjarig financieel perspectief.

Nieuwe financieringssystematiek
Het kabinet heeft (eenzijdig) besloten om het gemeentefonds voor de volume-ontwikkeling vanaf 2027 te indexeren op basis van de ontwikkeling van het bruto binnenlands product. De nieuwe financieringssystematiek houdt in dat de volumeontwikkeling van het gemeentefonds vanaf 2027 wordt gebaseerd op een historisch gemiddelde van de ontwikkeling van het bruto binnenlands product (bbp). Het kabinet wil hiermee voor meer stabiliteit zorgen. De nieuwe financieringssystematiek moet nog worden uitgewerkt en is financieel nog niet verwerkt. Vooruitlopend op de nieuwe financieringssystematiek heeft het kabinet in de septembercirculaire 2022 in 2026 eenmalig € 1 miljard beschikbaar gesteld. Dit bedrag is in de meicirculaire 2023 vanaf 2027 structureel opgenomen. 

Middelen hervormingsagenda jeugd
Rijk en VNG werken al een tijd aan de Hervormingagenda jeugdzorg. Onderhandelingen hierover zijn nu afgerond. Op basis hiervan zijn voor de jaren 2022 tot en met 2025 aanvullende, incidentele middelen toegevoegd aan het gemeentefonds. Deze middelen zijn in lijn met de financiële reeks van de uitspraak van de Commissie van Wijzen (CvW). Naast de besparingsopgave die volgt uit de uitspraak van de Commissie van Wijzen heeft het kabinet besloten tot het realiseren van een aanvullende besparing van structureel € 511 miljoen. Deze besparingsopgave is een Rijksverantwoordelijkheid. Concreet betekent dit dat het aan de Rijksoverheid is om de besparing in te vullen met (wettelijke) maatregelen. Een structurele compensatie voor de tekorten op de jeugdzorg is hiermee nog steeds niet voorhanden. We blijven de ontwikkelingen op dit gebied volgen. Zie ook de uitgangspunten van deze begroting (Hoofdstuk 'Begroting op hoofdlijnen').

Woonlasten
In de loop van 2024 leveren wij een notitie woonlasten op aan de raad. Deze notitie kan de raad gebruiken om kaders af te geven. Aan de hand van deze kaders stellen wij de belastingvoorstellen 2025 op. 

Algemene dekkingsmiddelen

Terug naar navigatie - Algemene dekkingsmiddelen
Bedragen x €1.000
Exploitatie Rekening 2022 Begroting 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027
Lasten
0-5 Treasury 181 92 155 132 201 264
0-61 OZB woningen 198 189 307 307 307 307
0-62 OZB niet-woningen 193 189 307 307 307 307
0-64 Belastingen overig 178 123 93 93 93 93
0-7 Algemene uitkering en overige uitkeringe 0 0 0 0 0 0
0-8 Overige baten en lasten 12 0 0 0 0 0
3-4 Economische promotie 0 58 0 0 0 0
Totaal Lasten 762 650 862 839 908 970
Baten
0-5 Treasury 246 146 146 146 146 146
0-61 OZB woningen 3.022 3.074 3.169 3.169 3.169 3.169
0-62 OZB niet-woningen 1.849 1.857 1.915 1.915 1.915 1.915
0-64 Belastingen overig 132 134 137 137 137 137
0-7 Algemene uitkering en overige uitkeringe 59.333 58.613 63.763 63.809 59.584 58.963
0-8 Overige baten en lasten 61 0 0 0 0 0
3-4 Economische promotie 226 216 218 218 218 218
Totaal Baten 64.868 64.041 69.348 69.394 65.169 64.547
Saldo van lasten en baten -64.106 -63.390 -68.486 -68.555 -64.261 -63.577
Onttrekkingen
0-10G Mutaties reserves 8.414 16.465 0 0 0 0
Stortingen
0-10G Mutaties reserves 6.748 3.013 0 0 0 0
Mutaties reserves -1.667 -13.452 0 0 0 0

Toelichting algemene dekkingsmiddelen

Terug naar navigatie - Toelichting algemene dekkingsmiddelen

Begroting 2024 ten opzichte van de begroting 2023 en meerjarenperspectief
De directe loonkosten van personeel/software moeten worden verdeeld over de taakvelden die in ieder programma staan. Om de kosten per taakveld beter in beeld te hebben is de verdeling voor 2024 opnieuw uitgerekend. Dit geeft een verschuiving in de kosten van de diverse taakvelden.

Lasten
Treasury
Op het taakveld treasury staat de rente die we moeten betalen voor onze langlopende geldleningen (zie ook paragraaf financiering). Deze rentekosten berekenen we door aan de taakvelden in de programma's. De totale doorberekende rente is in mindering gebracht op de rente die we moeten betalen. Hier staat dus het saldo.

OZB woningen, OZB niet-woningen, Overige belastingen en Economische promotie
Dit verschil komt door de herverdeling van de directe softwarekosten.

Baten
OZB woningen en OZB niet-woningen
De geraamde opbrengst is gecorrigeerd met een inflatiepercentage van 3,1%. 

Algemene uitkering en overige uitkeringen gemeentefonds
De raming voor de jaren 2024-2027 zijn gebaseerd op de meicirculaire 2023. Bij het kopje actuele ontwikkelingen worden de mutaties toegelicht.

Reserve mutaties
De reservemutatie in 2023 betreft de onttrekking aan de algemene reserve voor de overheveling van incidentele budgetten voor de omgevingswet en energietoeslag van 2022 naar 2023. Daarnaast betreft het de stortingen en onttrekkingen aan de algemene reserve en de reserve investeringsambitie voor de herinrichting winkelstraat Wolvega, het Groene Hart Wolvega en het Acht Pilarenplein in Wolvega.