Overhead, Vennootschapsbelasting en Onvoorzien

Overzicht kosten overhead

Overhead kosten

Terug naar navigatie - Overhead kosten

Met ingang van het begrotingsjaar 2017 is het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) op onderdelen gewijzigd. De BBV zijn de landelijke regels waaraan de inrichting van de begroting en jaarrekening moet voldoen. Deze wijzigingen hebben als hoofddoel een betere vergelijkbaarheid van de kosten van gemeenten onderling. Onderdeel van deze vernieuwing van het BBV is een apart overzicht van de kosten van de overhead.

De definitie van overhead luidt: alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de medewerkers in het primaire proces. Alle bedrijfskosten die direct verbonden zijn aan activiteiten die gericht zijn op de externe klant vallen hier dus niet onder maar zijn in de betreffende taakvelden opgenomen.

De bedrijfskosten die niet direct aan de taakvelden kunnen worden toegerekend, zijn de overheadkosten en betreffen personele kosten, huisvesting, ICT, communicatie en nog wat overige bedrijfsvoeringskosten.

Toerekening aan kostendekkende activiteiten
Alle directe kosten zijn rechtstreeks toegerekend aan de taakvelden. Voor taakvelden waar kostendekkende tarieven het uitgangspunt zijn, zoals bij de exploitatie afvalinzameling en riolering, wordt een opslag voor de overheadkosten toegepast. De opslag is een percentage van de directe salariskosten. De overhead waarmee wij voor de begroting 2021 rekenen is ten opzichte van de begroting 2020 bijgesteld van 85% naar 80%.

Ter informatie:
Wanneer je het saldo van de overhead uitdrukt in een percentage van de totale geraamde lasten dan kom je op een percentage uit van 11,6%. Zie ook de beleidsindicator in programma 0.

Bedragen x €1.000
Exploitatie Rekening 2019 Begroting 2020 Begroting 2021 Begroting 2022 Begroting 2023 Begroting 2024
Lasten 13.302 14.182 14.986 14.837 14.911 14.907
Baten -5.225 -5.769 -5.825 -6.005 -6.056 -6.060
Saldo van lasten en baten -8.077 -8.413 -9.162 -8.832 -8.855 -8.847
Onttrekkingen 0 76 0 0 0 0

Investeringen

Terug naar navigatie - Investeringen
Omschrijving 2021 2022 2023 2024
Vervanging en uitbreiding werkplekken en -voorzieningen 250.000
Budget informatisering 450.000 450.000 450.000 450.000
Vervangingsbudget:
Automatisering 1.400.000 200.000 200.000 300.000
Tractie 490.000 185.000 180.000 392.500
MJOP gemeentehuis vervangen regeltechniek 175.000 330.000
Totaal wijziging bruto investeringsbedrag 2.765.000 1.165.000 830.000 1.142.500

Vennootschapsbelasting

Vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Vennootschapsbelasting

Per 1 januari 2016 is er de Wet belastingplicht overheidsondernemingen. Dit houdt in dat gemeenten vennootschapsbelasting (Vpb) moeten betalen op het moment dat ze activiteiten uitvoeren waarvoor ze aangemerkt worden als ondernemer.

De afvalinzameling en -verwerking wordt gedaan door Omrin. Omrin heeft geen vaststellingsovereenkomst (VSO) met de Belastingdienst gesloten met betrekking tot de opbrengsten uit huishoudelijke afvalstromen. Deze opbrengsten verlagen de aan de gemeente doorbelaste kosten en Omrin geeft deze opbrengsten niet zelf aan. Daarom moet de gemeente deze opbrengsten aangeven als belaste bate. 

De andere activiteit waarbij we de afgelopen jaren als ondernemer kunnen worden aangemerkt is de grondexploitatie. Daarvoor hebben we berekend dat we voor de begroting 2021 niet door de zogenaamde ondernemerspoort komen (geen fiscale winst) en daarom geen Vpb hoeven te betalen.

Onvoorziene uitgaven

Onvoorziene uitgaven

Terug naar navigatie - Onvoorziene uitgaven

Het taakveld 'Overige baten en lasten' is hier verantwoord. De post onvoorziene uitgaven maakt deel uit van dit taakveld.

Stelpost algemene risicobeheersing
Beschikking over deze stelpost van oorspronkelijk € 500.000  kan alleen via een raadsbesluit en is uitsluitend bedoeld ter dekking van structurele risico’s die op enig moment werkelijkheid worden. Om de meerjarenbegroting 2021-2024 structureel sluitend te maken is het noodzakelijk om deze post structureel te verlagen tot € 250.000.

Stelpost onvoorzien
De post voor onvoorziene incidentele uitgaven bedraagt ieder jaar € 30.000.