Klimaatwet
De nieuwe Klimaatwet komt er aan. Deze nieuwe Wet wordt op landsniveau de uitwerking van het Klimaatakkoord van Parijs (2015). Doel is om ten opzichte van 1990 de uitstoot broeikasgassen voor 2030 met minimaal 55% terug te brengen. In 2050 moet minimaal 95% minder broeikasgassen worden uitgestoten. Hiermee moet de wereldwijde temperatuurstijging tot ruim beneden de 2 graden blijven. Naast de provincies en de waterschappen krijgen vooral de gemeenten een belangrijke rol bij de uitvoering van deze Wet.
Nationaal Klimaatakkoord
De eerste contouren van een Nationaal Klimaatakkoord worden zichtbaar. De vijf sectortafels (gebouwde omgeving, industrie, landbouw/landgebruik, mobiliteit en elektriciteit) doen voorstellen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Twee taakgroepen werken daarbij de thema’s Financiering en Arbeidsmarkt/Scholing uit. De onderlinge samenhang wordt geborgd door het overkoepelende Klimaatberaad. De voorstellen worden op dit moment doorgerekend.
Per regio moet er een doelmatige aanpak komen, met een optimale mix van energiebesparing, duurzame warmte en duurzame opwekking. Deze regionale aanpak moet aansluiten op het Nationaal Klimaatakkoord.
In het Interbestuurlijk Programma (IBP) hebben het Inter Provinciaal Overleg(IPO), de Unie van Waterschappen (UvW) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) met het rijk afgesproken dat gezamenlijk wordt ingezet op een meerjarige programmatische nationale aanpak, met lands-dekkende integrale Regionale Energiestrategieën.
Regionale Energiestrategieën
De aanpak van het ontwerp van het Nationaal Klimaatakkoord wordt per regio vertaald in een Regionale Energiestrategie. Een zorgvuldige ruimtelijke inpassing van hernieuwbare energieopwekking met maatschappelijk draagvlak staat hierin centraal. Het geeft inzicht in de kansen die er zijn en met welke oplossingen het reduceren van de uitstoot van broeikasgassen kan worden gehaald (ruimtelijk, economisch en politiek/bestuurlijk).
De aanwezige regionale warmtebronnen en de benodigde infrastructuur worden hierin benoemd. Energievraag en -aanbod worden op elkaar afgestemd.
Het structureert de samenwerking tussen overheden onderling en tussen overheden en maatschappelijke partners.
Doel is dat de regio in juni 2019 een conceptenergiestrategie heeft. Als het totaal aan de in de Energiestrategieën niet de nationaal afgesproken opgave dekt, dan wordt eind 2019 en resterende deel over de regio’s verdeeld (op basis van een ontwikkelde verdeelsystematiek).
De regionale Energiestrategie leidt vervolgens op gemeentelijk niveau tot de bijbehorende besluitvorming in het omgevingsbeleid (medio 2020).
Friese Energiestrategie en Warmteplan Fryslân
Eind 2017 werd de Friese Energiestrategie opgeleverd (inclusief een vertaling voor de regio Zuidoost Fryslân). Deze Energiestrategie werd opgesteld in het kader van de landelijke VNG-pilot Regionale Energiestrategieën. Het geeft vooral inzicht in wat er moet gebeuren om in 2050 energieneutraal te zijn en wat de verschillende mogelijkheden zijn om dat doel te bereiken. Hoe we dat gaan bereiken moet de komende periode duidelijk worden. Hiertoe wordt op dit moment provincie-breed onderzoek gedaan naar warmteopties (onder andere restwarmte, geothermie, warmtepompen, Warmte Koude Opslag (WKO) en biomassa). Deze warmteopties wordt uitgewerkt in een warmtekansenkaart.
Hiermee komt informatie beschikbaar waarmee op provinciaal, regionaal en gemeentelijk niveau keuzes kunnen worden gemaakt als het gaat om wat, waar en wanneer nodig voor de energietransitie.
Naar verwachting vormen de Friese Energiestrategie en Warmteplan Fryslân samen de Regionale Energiestrategie zoals bedoeld in het Nationaal Klimaatakkoord. Het vormt vervolgens de basis voor richtinggevende vervolgbesluitvorming ook op gemeentelijk niveau, zoals hiervoor genoemd.
Dorpsinitiatieven energietransitie
In de gebouwde omgeving ligt er voor gemeenten een grote opgave. De Energiestrategie Fryslân en het Warmteplan Fryslân geven hier straks inzicht. Bij de uitvoering van het nieuwe beleid staan de gemeenten ook aan de lat voor een goed proces met onze dorpen en de wijken. In dit stadium zien wij vooral graag initiatieven van onderaf. Vooral dat legt een goede basis voor draagvlak bij onze inwoners. Wij willen deze initiatieven daar waar nodig/mogelijk dan ook graag gaan ondersteunen.
De eerste dorpen met de energietransitie op de agenda hebben zich gemeld.
Energiefonds Weststellingwerf
Overeenkomstig uw motie van eind 2017 wordt de éénmalige bijdrage uit de zonneparken Wolvega en Noordwolde ingezet voor het oprichten van een Energiefonds Weststellingwerf. Op dit moment onderzoeken wij om de uitvoering van het Energiefonds Weststellingwerf onder te brengen bij de stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten (SVn). Gezien de omvangrijke gemeentelijke opgave in het kader van de energietransitie lijkt ook een structurele voeding van het Energiefonds onontkoombaar.
Duurzame mobiliteit
Ook voor onze gemeente staat het verbeteren van bereikbaarheid en het verduurzamen van het vervoer centraal. Om het gebruik van elektrische personenauto’s te stimuleren moet het aantal publieke oplaadpunten toenemen. Ook in Weststellingwerf wordt hiervoor ruimte gemaakt.
Klimaat-robuust
De in onze gemeente in 2018 uitgevoerde stresstest geeft inzicht in de kwetsbaarheid als gevolg van de verandering in het klimaat. Het opstellen van een uitvoeringsprogramma met maatregelen ter voorkoming van de gevolgen van extreme regenval is de volgende stap die gezet gaat worden.
Circulaire Economie
Doel is om te komen tot een economie waarin grondstoffen of hun kwaliteit niet verloren gaan, maar oneindig kunnen worden hergebruikt, ofwel “Afval bestaat niet”. Er komt een herijking van het Gemeentelijk Afvalstoffenplan (GAP), waarbij het samen met onze inwoners realiseren van de doelstelling Van Afval Naar Grondstof (VANG) centraal staat (in 2020 jaarlijks maximaal 100 kg restafval per inwoner).
Vanuit de gemeentelijke organisatie wordt verder uitvoering geven aan het in 2017 ook door onze gemeente ondertekende manifest Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (inclusief het ook daar waar mogelijk over schakelen op duurzame gemeentelijke tractiemiddelen).
Uitvoeringsplannen nota lokaal gezondheidsbeleid
7 mei 2018 stelde de gemeenteraad de nieuwe nota lokaal gezondheidsbeleid “Gezond Weststellingwerf” vast. In de afzonderlijke uitvoeringsplannen van Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG), Gezond In De Stad (GIDS), NIX18 en Vitale Regio Noordwolde vindt de concrete uitwerking plaats. Voor Vitale Regio Noordwolde is het plan eind 2017 opgesteld en nog van kracht. Voor JOGG evalueren wij eind 2018 de eerste JOGG-periode 2015-2018. Vervolgens stellen we het JOGG-plan 2019-2021 op. Voor NIX18/Drank- en Horecawet en voor de aanpak van gezondheidsverschillen (via GIDS) maken wij nieuwe uitvoeringsplannen op basis van de evaluaties van eind 2017.